BIE september 2014, p. 180-187, Maarten Schut en Sophie van Loon, Bescherming van knowhow in Nederland: huidige stand van zaken en vooruitblik aan de hand van de ontwerp richtlijn vescherming bedrijfsgeheimen - Deel II: "De ontwerp Richtlijn beoogt een duidelijke, krachtige en overal gelijkwaardige bescherming van bedrijfsgeheimen te realiseren, want - open innovatie kennelijk ten spijt - "every IPR starts with a secret". Volgens de Commissie hecht het bedrijfsleven evenveel waarde aan bedrijfsgeheimen als aan intellectuele eigendomsrechten, en dient het daarom beschermd te worden tegen oneerlijke praktijken die gericht zijn op het onrechtmatige gebruik daarvan. Nationale regels verschillen echter aanzienlijk voor wat betreft de bescherming van bedrijfsgeheimen. Als gevolg daarvan vinden er minder grensoverschrijdende innovatieactiviteiten plaats, en dat is nadelig voor de interne markt, aldus de Commissie. Uit een openbare raadpleging van stakeholders, die voorafging aan de ontwerp Richtlijn, zou zelfs blijken dat 40% van de Europese bedrijven geen bedrijfsgeheimen met andere partijen willen delen uit angst voor verlies van vertrouwelijkheid. Harmonisatie is dus gewenst. [...]
De huidige bescherming van knowhow in Nederland is tot op zekere hoogte adequaat, omdat de gebruikte open normen van wanprestatie en onrechtmatige daad de rechter een flexibel instrumentarium bieden voor het adresseren van concrete casusposities. Diezelfde flexibiliteit creëert echter onzekerheid: het is niet vooraf duidelijk aan welke criteria moet worden voldaan om bescherming te verdienen of juist vorderingen te ontlopen. Afhankelijk van de insteek van partijen en de rechter worden verschillende criteria aangelegd met verschillende uitkomsten."
