Kabeldoorgifte; vooral een spel voor juristen

27-09-2013 Print this page
B912534

Gerard Lieverse, Kabeldoorgifte; vooral een spel voor juristen. Ook een overpeinzing. (Gerard Lieverse is secretaris bij het RODAP, maar heeft onderstaand stuk op persoonlijke titel geschreven).

"Na de uitspraak in 2009 van de zaak NORMA tegen de kabelaars in eerste aanleg, hadden de kabelaars er voor kunnen kiezen om direct te stoppen met het betalen van de vergoeding voor retransmissie. Kijkend naar de stand van zaken op dit moment in de diverse procedures, zou dat zeker een goed begaanbare juridische route zijn geweest.Echter de kabelaars hebben toen gemeend dat die route niet verstandig zou zijn. De voortgaande digitalisering in de distributiesector met alle nieuwe mogelijkheden van dien, vereiste naar hun oordeel een andere aanpak. Een juridische strijd gaan voeren over de wereld van het verleden zou geen oplossing bieden waarmee de nieuwe toekomst ingegaan zou kunnen worden. Daarom hebben de distributeurs samen met de omroepen en de producenten een nieuw vergoedingenmodel ontwikkeld. Een model dat niet is gebouwd op de puur juridische parameters inzake openbaarmaken, maar een model dat uitgaat van parameters die gebaseerd zijn op de business van de elektronische audiovisuele industrie. Een vergoedingsmodel waarbij allerlei juridische vragen over wie welke rechten al dan niet heeft en wie wel of niet en op welke titel een vergoedingsaanspraak heeft, allemaal buiten de discussie gehouden worden. Een model dat een vergoeding regelt voor het meer conventionele deel van de business, ofwel de lineaire doorgifte en uitgesteld kijken (zeg maar de vervanger van de videorecorder). RODAP heeft aangegeven dat de vergoeding hiervoor op hetzelfde niveau zou kunnen liggen als het niveau van vergoeding die in het verleden betaald werd voor retransmissie. Daarbovenop een nieuwe vergoeding gekoppeld aan nieuw gebruik cq gekoppeld aan nieuwe omzet die door nieuw of ander gebruik van dezelfde content zou worden gegenereerd. En daarmee ook direct een proportionele vergoeding; meer omzet leidt direct tot een hogere vergoeding.

Hierover is twee jaar onderhandeld, maar helaas zonder resultaat. Blijkbaar hebben de diverse CBO’s eind vorig jaar gedacht dat ze beter het juridische gevecht aan konden gaan dan gewoon echt tot zaken te komen.Het overleg was nog niet afgebroken door de CBO’s of de eerste claim van Lira lag al bij de kabelaars op de mat. Een claim die al snel een opmaat bleek voor een juridische procedure. Kort daarna gevolgd door het kortgeding van VEVAM."

Lees hier meer.