Bear-portemonnee was al op de markt gebracht voor de introductie van de Smart Little Bag

09-04-2013 Print this page
IEPT20130408, Rb Den Haag, Beernink
(Met dank aan Monique Hennekens, Banning Advocaten)

Portemonnee Bear 1 van Beernink maakt geen inbreuk op modelrechten van eiseres op haar portemonnee SLB: Beernink heeft voldoende aannemelijk gemaakt dat haar model Bear 1 al voor december 2010 (gestelde marktintroductie van SLB op Nederlandse markt) in het handelsverkeer is gebracht in de Gemeenschap. Nu eiseres stelt dat de Bear 1 geen andere algemene indruk maakt dan haar model van de SLB, volgt hieruit dat de SLB in december 2010 geen eigen karakter had en wordt het beroep van Beernink op de nietigheid van de modelrechten van eiseres kansrijk geacht. Ook geen sprake van auteursrechtinbreuk of slaafse nabootsing: aan het vereiste van ontlening is niet voldaan, omdat de Bear 1 al openbaar was gemaakt voordat Beernink bekend kon zijn geworden met de SLB.   

MODELRECHT – AUTEURSRECHT

Eiseres is ontwerpster van portemonnees en tassen, en brengt onder de naam ‘Smart Little Bag (SLB)’een damesportemonnee op de markt. Eiseres is houdster van enkele Benelux- en Gemeenschapsmodelrechten voor de SLB. Gedaagde Beernink is een producent van en groothandel in lederwaren, waaronder portemonnees en handtassen. Beernink heeft enkele portemonnees onder de naam ‘Bear 1, 2 en 3’ in de handel gebracht. Eiseres vordert thans een inbreukverbod voor Beernink op haar model- en auteursrechten op de SLB althans een verbod op het slaafs nabootsen van de SLB, evenals recall, vernietiging van de teruggehaalde en voorradige portemonnees en opgave van de afnemers van Beernink.

De voorzieningenrechter wijst de vorderingen af. Naar voorlopig oordeel heeft Beernink namelijk met haar overgelegde bewijsstukken en motivering voldoende aannemelijk gemaakt dat haar model Bear 1 al voor december 2010 (tijdstip waarop eiseres haar SLB in Nederland op de markt heeft gebracht) in het handelsverkeer is gebracht in de Gemeenschap. Nu eiseres heeft gesteld dat de Bear 1 geen andere algemene indruk maakt dan haar model van de SLB, volgt hieruit dat de SLB ten tijde van de gestelde marktintroductie in december 2010 geen eigen karakter had. Voorshands oordelend acht de voorzieningenrechter het beroep van Beernink op nietigheid van de modelrechten van eiseres dan ook kansrijk; van inbreuk door Beernink is derhalve geen sprake.

Auteursrechtinbreuk wordt ook niet aangenomen: aan het vereiste van ontlening is niet voldaan met betrekking tot de Bear 1 portemonnee, omdat die portemonnee al openbaar was gemaakt voordat Beernink bekend kon zijn geworden met de SLB. Van slaafse nabootsing kan derhalve evenmin sprake zijn. Voor zover de SLB een oorspronkelijk werk zou zijn, maken de Bear 2 en 3 ook geen inbreuk aangezien dit immers gewijzigde verveelvoudigingen zijn van de Bear 1.

IEPT20130408, Rb Den Haag, Beernink