Inbreuk op IE-rechten geen tekortkoming, want geen verplichtingen m.b.t. IE-inbreuken opgenomen
20-10-2014 Print this page
Gedaagden (behalve Masol i.G.) gebonden aan concurrentiebeding uit koopovereenkomst: geen toerekenbare tekortkoming eiser. Inbreuk op IE-rechten geen tekortkoming nakoming verplichtingen uit koopovereenkomst: geen verplichtingen m.b.t. inbreuken opgenomen. Geen beroep op forum- en rechtskeuze partijen t.a.v. gestelde (dreigend) onrechtmatig handelen: ambtshalve toetsing EEX-vo en schadebrengende feit niet in Nederland, waardoor NL rechter onbevoegd is.
CONCURRENTIEBEDING - OVEREENKOMST - IPR
Kort geding. Eiseres drijft een onderneming die zich bezighoudt met de productie en verkoop van doekafschermingen, zoals zonweringen. Gedaagden produceren zonweringssystemen in afwijkende vormen. Tussen partijen is een koopovereenkomst gesloten met betrekking tot o.a. machines en de bijbehorende IE-rechten, waarbij ook een concurrentiebeding is gesloten. Eiseres vordert staking van de inbreuk op haar IE-rechten en staking van de inbreuk op het concurrentiebeding.
Aan [A] en [B] wordt verstek verleend, omdat ze niet zijn verschenen. Gedaagden (behalve Masol i.G.) zijn gebonden aan het concurrentiebeding uit de koopovereenkomst die zij hebben gesloten met eiseres. Een toerekenbare tekortkoming aan de zijde van eiseres is niet aannemelijk geworden. De vorderingen omtrent het schenden van het concurrentiebeding worden derhalve toegewezen. Een inbreuk op de IE-rechten van eiseres is echter geen tekortkoming van de verplichtingen uit de koopovereenkomst. Er zijn geen specifieke verplichtingen opgenomen op grond waarvan gedaagden zich moesten onthouden van dergelijke inbreuken. Daarvoor was ook geen noodzaak omdat inbreuken hierop volgens het reguliere merken-, handelsnaam- en octrooirecht kunnen worden bestreden.
Voor zover eiseres (dreigend) onrechtmatig handelen aan haar vorderingen ten grondslag legt - en dus niet wanprestatie - komt haar geen beroep toe op de forum- en rechtskeuze uit de koopovereenkomst. Op grond van artikel 5 (3) EEX-Vo, waaraan de rechter ambtshalve dient te toetsen, is bevoegd de rechter van de plaats waar het schadebrengende feit zich voordoet dan wel heeft voorgedaan. Aangezien dat met name of uitsluitend de Duitstalige markt is, moet de voorzieningenrechter zich onbevoegd verklaren.
