Artikel 63

Print this page

  weegschaal.png

 

1. Aanvragen voor inschrijving van een Uniemerk alsmede enige andere aanvraag waarin Verordening (EU) 2017/1001 voorziet, alsmede alle overige, aan het Bureau gerichte mededelingen moeten als volgt geschieden:
a) door indiening van een mededeling langs elektronische weg, in welk geval de vermelding van de naam van de afzender wordt geacht gelijkwaardig aan de handtekening te zijn;
b) door indiening van een ondertekend origineel van het betrokken stuk bij het Bureau, per post of per koerier.

 

2. Bij procedures voor het Bureau wordt de datum waarop een mededeling door het Bureau wordt ontvangen, beschouwd als de datum van indiening ervan.

 

3. Indien een langs elektronische weg ontvangen mededeling onvolledig of onleesbaar is, of indien het Bureau redenen heeft om aan de nauwkeurigheid van de doorgifte te twijfelen, stelt het Bureau de afzender daarvan in kennis en verzoekt het hem, binnen een door het Bureau te stellen termijn, het origineel opnieuw door te zenden of de mededeling in te dienen overeenkomstig lid 1, onder b). Wordt binnen de gestelde termijn aan het verzoek voldaan, dan geldt als datum van hernieuwde toezending of toezending van het origineel de datum van ontvangst van de oorspronkelijke mededeling. Wanneer de tekortkoming echter de toekenning van een indieningsdatum voor een aanvraag tot inschrijving van een merk betreft, zijn de bepalingen inzake de indieningsdatum van toepassing. Indien binnen de gestelde termijn niet aan het verzoek wordt voldaan, wordt de mededeling als niet-ontvangen beschouwd.