IEPT20071010, Hof Amsterdam, Armatuur

22-10-2007 Print this page
IEPT20071010, Hof Amsterdam, Armatuur

AUTEURSRECHT

Geen oorspronkelijk werk
Uiterlijk zo zeer resultaat van een keuze die door technische uitgangspunten beperkt is, dat de GAN-armatuur niet als auteursrechtelijk beschermd werk kan worden aangemerkt.

Gelet op hetgeen met betrekking tot de ruimte voor eigen creatieve inbreng door de beide deskundigen is vastgesteld en door het hof ook zelf is waargenomen en ter zitting door partijen aan de hand van de desbetreffende armaturen nader is toegelicht en gedemonstreerd, is het hof van oordeel dat - anders dan Gavita onder meer in de toelichting op haar eerste grief betoogt (en de rechtbank heeft aangenomen) - het uiterlijk zo zeer het resultaat is van een keuze die [door] technische uitgangspunten beperkt is, dat de GAN-armatuur niet als auteursrechtelijk beschermd werk kan worden aangemerkt. Dat de door de ontwerper indertijd gekozen oplossingen ook qua uiterlijk tot een vernieuwend resultaat hebben geleid doet hier niet aan af. Uit een en ander is immers gebleken dat de meest kenmerkende aspecten van het uiterlijk van de assimilatielamp, te weten (1) de afmeting van de behuizing (bestaande uit bak, kap en "nek" met daarin de fitting van de lamp), (2) de langwerpige en gestroomlijnde vorm van de armatuur, (3) de (lichte) kleur van de behuizing, (4) de vorm van de reflector, (5) het schuine vlak aan de achter (scharnier) zijde van de kap, (6) de horizontale (ventilatie)gleuf aan weerszijde van de behuizing en (7) de wijze waarop de koelribben zijn aangebracht (zowel op de bak als op de kap, haaks op de lengterichting aan de voorzijde van de behuizing over een afstand die ongeveer de helft van de lengte van de behuizing beloopt), alle verband houden met aan de armatuur uit oogpunt van functionaliteit te stellen eisen. Dit zijn, zakelijk samengevat: het bieden van voldoende ruimte voor de elektronische componenten van de lamp (1), het zo min mogelijk belemmeren van de (zon)lichtstraling c.q. het optimaliseren van het effect daarvan door reflectie (1, 2, 3, en 4), de bereikbaarheid van de technische onderdelen in verband met de reparatie en vervanging daarvan (5 en 6) en de adequate afvoer van warmte (6 en 7) met name ter hoogte van het voorschakelapparaat , zijnde het elektronische component dat de meeste warmte afgeeft. Op grond hiervan moet worden geconcludeerd dat, waar het de reeds genoemde (bepalende) aspecten van het uiterlijk betreft, met de bij de vormgeving van de armatuur gekozen oplossingen steeds een voordelig technisch effect is bereikt. Dit brengt mee dat de keuzemogelijkheden te beperkt waren voor een auteursrechtelijk relevante creatieve inbreng.


RECLAMERECHT

Geen misleidende reclame
Duidelijk dat marktaandelen betrekking hebben op Hel-light in plaats van Onyx
Voor zover nodig stelt Gavita alsnog dat zij schade lijdt ten gevolge van de onjuiste en misleidende bewering: "Best betaalbare, meest verkochte lamp in Scandinavië", althans dat zij hierdoor schade dreigt te lijden. In dit verband merkt het hof op dat niet gegriefd is tegen de vaststelling door de rechtbank (slot rov. 5.5) dat uit de bewuste advertentie voldoende duidelijk blijkt dat deze niet alleen betrekking heeft op de Onyx, maar ook op Hel-light, terwijl Helle c.s. niet bestreden hebben aangevoerd dat het marktaandeel van de Hel-light en Onyx in Scandinavië ten tijde van de plaatsing van de advertentie 20-25% bedroeg, terwijl dat van Gavita maximaal 15% bedroeg, zodat niet gebleken is dat sprake is van misleidende reclame

 

IEPT20071010, Hof Amsterdam, Armatuur