IEPT20080417, Rb Amsterdam, Foto in Film Fitna

19-04-2008 Print this page
IEPT20080417, Rb Amsterdam, Foto in Film Fitna

AUTEURSRECHT

 

Auteursrecht foto
De foto lijkt op die van Mohammed B., maar niet zodanig dat aan de foto van [eiser 1] het eigen karakter kan worden ontzegd.
De foto van [eiser 1] kan als werk in de zin van de Auteurswet worden aangemerkt. De foto, die is gemaakt voor de hoes van de CD van [eiser 1], is een oorspronkelijk voortbrengsel met een eigen karakter. De foto lijkt op die van Mohammed B., maar niet zodanig dat aan de foto van [eiser 1] het eigen karakter kan worden ontzegd. De gelijkenis is doelbewust en met reden door [eiser 1] opgezocht, waardoor de foto juist als vrucht van creatieve inspanning kan worden aangemerkt.

 

PORTRETRECHT

 

Portret

Een portret is een herkenbare afbeelding van het gelaat van een persoon. Bij een vergelijking van de foto van [eiser 1] met die van Mohammed B. is duidelijk dat het om twee verschillende personen gaat. De gelijkenis is in ieder geval niet zodanig dat geen sprake zou zijn van een portret van [eiser 1]


AANSPRAKELIJKHEID

 

aansprakelijkheid gedaagde voor inbreuk
het (openbaar) maken van de film heeft te gelden als een gedraging waarvoor in ieder geval ook [gedaagde] aansprakelijk kan worden gesteld.
[gedaagde] heeft een overeenkomst overgelegd waarin is opgenomen dat een producent (van wie de naam onleesbaar is gemaakt) in opdracht van de Stichting Vrienden van de PVV de film Fitna filmt, ontwerpt en monteert. In artikel 8 van de overeenkomst is opgenomen dat hergebruik van de film door de producent alleen is toegestaan "in overleg en na toestemming van [gedaagde]".[gedaagde] heeft de naam van de producent niet onthuld. Wel heeft hij aangevoerd dat deze producent het auteursrecht heeft op de film en de stichting het 'primaire gebruiksrecht'. [gedaagde] kan zich in dit geding echter niet verschuilen achter de Stichting Vrienden van de PVV of achter de producent. Uit eigen e-mails van [gedaagde] (gericht aan de raadsvrouw van [eiser 1] en [eiser 2]), uit de aftiteling van de film en uit talrijke uitlatingen in de media en in de Tweede Kamer blijkt dat Fitna een film is van [gedaagde]. Voor het eerst op de zitting heeft [gedaagde] het verweer gevoerd dat hij ten onrechte is gedagvaard. [gedaagde] is verder enig bestuurslid van de stichting en wie de producent is kan niet worden achterhaald. Onder deze omstandigheden is voldoende aannemelijk dat de bodemrechter zal oordelen dat het (openbaar) maken van de film in het maatschappelijk verkeer heeft te gelden als een gedraging waarvoor in ieder geval ook [gedaagde] aansprakelijk kan worden gesteld. Het verweer van [gedaagde] dat hij ten onrechte is gedagvaard wordt dan ook verworpen.

 

Toerekenbaarheid inbreuk
Deze schade kan [gedaagde], die zich heeft vergist, worden toegerekend. Indien hij van te voren beter onderzoek had gedaan, had hij kunnen weten dat hij inbreuk op een auteursrecht zou maken.

 

€ 5000 voorschot materiële schade fotograaf
Voor het begroten van de schade moet volgens [eiser 2] aangeknoopt worden bij de tarieven die de Fotografenfederatie in 2008 hanteert
.
Voor een vrije licentie voor één jaar geldt een tarief van EUR 5.685,-. Voor het gebruiken van een foto (niet in advertenties, tv-reclames of op een billboard) geldt een tarief van EUR 2.300,-, aldus [eiser 2]. [gedaagde] heeft deze tarieven niet gemotiveerd weersproken. Nu de foto van [eiser 2] in korte tijd vele malen over de hele wereld is bekeken, is een voorschot van EUR 5.000,- op de materiële schadevergoeding redelijk. Dit bedrag zal dan ook worden toegewezen.

 

€ 3.000 voorschot op de immateriële schadevergoeding Edlin redelijk
Het verweer van [gedaagde] dat de schade mede een gevolg is van een omstandigheid die aan [eiser 1] kan worden toegerekend als [eiser 1] niet als Mohammed B. had geposeerd dan was de vergissing niet gemaakt lijkt vooralsnog in een bodemprocedure een goede kans van slagen te hebben, wat zal leiden tot een vermindering van de vergoedingsplicht
Voor het begroten van de schade is van belang dat het portret van [eiser 1] is gebruikt in een film waarover veel ophef is (geweest) en die tot veel heftige reacties, in binnen- en buitenland, heeft geleid. De film is miljoenen keren over de hele wereld bekeken. De versie van Fitna met de foto van [eiser 1] is op het internet een eigen leven gaan leiden en aannemelijk is dat deze versie in de toekomst nog her en der zal opduiken. De portretfoto van [eiser 1] is in de film uit de context gehaald waarvoor die foto was bedoeld. [eiser 1] wordt daardoor ten onrechte voorgesteld als pleger van een zeer ernstig misdrijf, te weten de moord op Theo van Gogh. Verder is het zijn goed recht dat hij niet in verband wil worden gebracht met de denkbeelden die [gedaagde] in de film tot uiting brengt. Ook al zou [eiser 1] er radicale denkbeelden op na houden en daarmee zoals [gedaagde] dat uitdrukt nou niet bepaald de ideale schoonzoon zijn, dat betekent nog niet dat in het geheel geen sprake van (reputatie)schade kan zijn. Het verweer van [gedaagde] dat de schade mede een gevolg is van een omstandigheid die aan [eiser 1] kan worden toegerekend als [eiser 1] niet als Mohammed B. had geposeerd dan was de vergissing niet gemaakt lijkt vooralsnog in een bodemprocedure een goede kans van slagen te hebben, wat zal leiden tot een vermindering van de vergoedingsplicht. Deze eigen schuld zal, afgezet tegen de schuld van [gedaagde], echter niet zodanig zijn dat in het geheel geen schadevergoeding zal worden toegekend. In de gegeven omstandigheden is een voorschot van EUR 3.000,- op de immateriële schadevergoeding redelijk.

 

PROCESRECHT

 

Geen belang bij verbod
Nu er geen reden is om aan te nemen dat [gedaagde] de foto van [eiser 1] opnieuw openbaar zal maken, zal vordering I worden afgewezen.

 

Spoedeisend belang schadevergoeding
eisers hebben een spoedeisend belang bij prompte genoegdoening
.

 

IEPT20080417, Rb Amsterdam, Foto in Film Fitna