Waarheidsplicht - Artikel 21 Rv

Print this page

Gerechtshoven

 

IEPT20230808, Hof Den Haag, Barco v Delta
Gefabriceerd wijs van inbreuk – schending waarheidsplicht (art. 21 Rv). Gelet op het voorgaande concludeert het hof dat Delta genoegzaam aannemelijk heeft gemaakt dat Barco doelbewust bewijs van de aanwezigheid van schermdeelsoftware op het Apparaat 625 van Delta heeft gefabriceerd en zich daarop in onderhavige procedure heeft beroepen door een screenshot van de mappenstructuur van het door haar bewerkte Apparaat 625 over te leggen, terwijl zij reeds voorafgaand aan het aanhangig maken van de procedure wist, maar heeft verzwegen, dat de Apparaten bij aankoop geen schermdeelsoftware bevatten. Barco heeft daarenboven in strijd met de waarheid betoogd dat de Apparaten 618 en 625 nog in originele staat waren (par. 131 MvG) en de door Delta beschreven werking van de LauncherPlus bestreden, stellende dat zij dit niet kon controleren, terwijl zij de Apparaten reeds in haar bezit had. Ten slotte was zij ook reeds voorafgaand aan de dagvaarding in eerste aanleg in het bezit van de Apparaten 005 en 013, waarvan FoxIT onbetwist heeft vastgesteld dat deze nooit schermdeelsoftware hebben bevat. Grensoverschrijdend verbod gefabriceerd bewijs te gebruiken in enige procedure jegens Delta voor alle landen waarin Barco’s octrooi van kracht was. Door strijd met artikel 21 Rv staat misbruik van procesrecht niet vast. Anders dan Delta aanvoert, brengt het hiervoor vastgestelde handelen door Barco in strijd met artikel 21 Rv nog niet met zich dat reeds daarmee vast staat dat Barco zich ook schuldig heeft gemaakt aan misbruik van (proces)recht door het tegen beter weten in beginnen en voortzetten van een procedure tegen Delta. Barco wordt veroordeeld de kosten die Delta heeft gemaakt ten aanzien van het verweer tegen de specifieke, tegen beter weten in aangevoerde directe octrooi-inbreukgrondslag, volledig te vergoeden.

 

Rechtbanken

 

IEPT20200916, Rb, Den Haag, IXXI v Bicsy

IXXI.IXXI heeft in strijd met waarheidsplicht (artikel 21 Rv) het IXX-Octrooi niet vermeld in dagvaarding. Consequentie dat IXXI cs […] ten titel van proceskostenveroordeling moeten voldoen de schattenderwijs op  500 bepaalde kosten die Bicsy cs hebben moeten maken om de rechtbank bij conclusie van antwoord op de hoogte te brengen van het bestaan van het IXXI-octrooi en door het inbrengen van het IXXI-octrooi als productie. 

 

IEPT20171103, Rb Amsterdam, Roxtec v Wallmax
Roxtec heeft in strijd gehandeld met artikel 21 Rv (de waarheidsplicht) door in haar dagvaarding en beslagrekest geen melding te maken van haar geëxpireerde octrooirecht. Geen inbreuk op “bulls-eye ontwerp” op voor- en achterzijde van afdichtingsmodules  voor kabels of pijpen. Nu het octrooi op de afdichtingsmodules is geëxpireerd mag het eerder beschermde object in beginsel vrij worden gekopieerd. Het belangrijkste verweer van Wallmax is dat indien een recht van intellectuele eigendom (in dit geval EP 916) eenmaal is geëxpireerd, het eerder beschermde object in beginsel vrij mag worden gekopieerd. Er moet voor worden gewaakt dat een monopolie op een bepaalde technologie na afloop van het octrooi kunstmatig wordt verlengd door het inroepen van langere of wellicht eeuwigdurende alternatieve (IE-)rechten. In zijn algemeenheid geldt dat dit verweer van Wallmax juist is. Roxtec heeft om die reden dan ook – zoals Wallmax terecht heeft aangevoerd – in strijd gehandeld met artikel 21 Rv (de waarheidsplicht) door in haar dagvaarding en beslagrekest geen melding te maken van haar geëxpireerde octrooirecht.