Artikel I

Print this page

  weegschaal.png

 

(1) Een land dat overeenkomstig de gevestigde gebruiken van de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties als ontwikkelingsland wordt beschouwd en dat deze Akte, waarvan dit Aanhangsel een integrerend deel uitmaakt, bekrachtigt of daartoe toetreedt en dat zich, gezien zijn economische situatie en zijn sociale of culturele behoeften, niet in staat acht om terstond de nodige regelingen te treffen ten einde de bescherming te verzekeren van alle rechten zoals bepaald in deze Akte kan, door middel van een kennisgeving, nedergelegd bij de Directeur-Generaal op het tijdstip van nederlegging van zijn akte van bekrachtiging of toetreding of, behoudens het bepaalde in artikel V, eerste lid, letter c, op elk later tijdstip, verklaren dat het zich beroept op de mogelijkheid voorzien in artikel II of op die, voorzien in artikel III, dan wel op beide. In plaats van een beroep te doen op de mogelijkheid voorzien in artikel II kan het een verklaring afleggen overeenkomstig artikel V, eerste lid, letter a.


(2)
(a) Een ingevolge het eerste lid afgelegde verklaring waarvan kennis wordt gegeven voor het verstrijken van een tijdvak van tien jaar te rekenen van de inwerkingtreding van de artikelen 1 tot en met 21 en van dit Aanhangsel overeenkomstig artikel 28, tweede lid, blijft geldig tot het verstrijken van genoemd tijdvak. Zij kan

geheel of gedeeltelijk worden verlengd voor verdere achtereenvolgende tijdvakken van tien jaar door middel van een kennisgeving, niet langer dan vijftien maanden doch uiterlijk drie maanden voor het verstrijken van het lopende tijdvak van tien jaar nedergelegd bij de Directeur-Generaal.
(b) Een ingevolge het eerste lid afgelegde verklaring waarvan kennis is gegeven na het verstrijken van een tijdvak van tien jaar te rekenen van de inwerkingtreding van de artikelen 1 tot en met 21 en van dit Aanhangsel overeenkomstig artikel 28, tweede lid, blijft van kracht tot het verstrijken van het lopende tijdvak van tien jaar. Zij kan worden verlengd zoals bepaald in de tweede zin van letter a.

 

(3) Een land van de Unie dat niet langer wordt beschouwd als ontwikkelingsland zoals bedoeld in het eerste lid is niet langer bevoegd zijn verklaring te verlengen zoals bepaald in het tweede lid. Ongeacht of dit land zijn verklaring al dan niet officieel intrekt, kan het zich niet meer beroepen op de mogelijkheden, voorzien in het eerste lid, en wel hetzij bij het verstrijken van het lopende tijdvak van tien jaar, hetzij drie jaar nadat het niet langer als ontwikkelingsland wordt beschouwd, waarbij de termijn die het laatst verstrijkt moet worden aangehouden.


4) Wanneer er op het tijdstip waarop de verklaring, afgelegd ingevolge het eerste of het tweede lid, niet langer geldig is, een voorraad exemplaren is, vervaardigd uit hoofde van een vergunning verleend krachtens de bepalingen van dit Aanhangsel, kan worden voortgegaan met het in omloop brengen van die exemplaren tot het tijdstip waarop de voorraad is uitverkocht.


(5) Een land dat is gebonden door de bepalingen van deze Akte en dat overeenkomstig artikel 31, eerste lid, een verklaring of een kennisgeving heeft nedergelegd betreffende de toepassing van deze Akte voor een bepaald gebied, waarvan de situatie kan worden beschouwd als overeenkomende met die van de landen bedoeld in het eerste lid, kan ten aanzien van dat gebied de in het eerste lid bedoelde verklaring afleggen en de in het tweede lid bedoelde kennisgeving van verlenging verrichten. Zolang deze verklaring of kennisgeving geldig blijft zijn de bepalingen van deze Akte van toepassing voor het gebied ten aanzien waarvan zij is gedaan.


(6)
(a) Het feit dat een land zich beroept op een van de mogelijkheden, voorzien in het eerste lid, geeft een ander land niet de vrijheid aan de werken waarvan het eerste land het land van oorsprong is een geringere bescherming toe te kennen dan waartoe het is verplicht ingevolge de artikelen 1 tot en met 20.
(b) Van de mogelijkheid tot wederkerigheid bepaald in artikel 30, tweede lid, letter b, tweede zin, kan tot de datum waarop de termijn die ingevolge artikel I, derde lid, van toepassing is, verstrijkt, geen gebruik worden gemaakt voor werken uit een land van oorsprong dat een verklaring heeft afgelegd overeenkomstig artikel V, eerste lid, letter a.