Afwikkeling van een contractuele relatie

10-02-2012 Print this page

B9 10779. Gerechtshof 's-Gravenhage ,  31 januari 2012, LJN: BV3546, Chamtor S.A. tegen Carboply B.V.  Basic Supply Group B.V.

Octrooirecht, althans afwikkeling van een contractuele relatie, waarbij het octrooirecht ter sprake komt. Beter gezegd: kwam, nu het beroep niet meer ziet op octrooirechtelijke vorderingen. Voor zover relevant in citaten:

2.2. Het projectteam van DPS en P&L heeft een werkwijze ontwikkeld voor de vervaardiging van een nieuw tarweproduct dat de naam Carboply heeft gekregen. Voor deze werkwijze hebben zij gezamenlijk octrooi aangevraagd en verkregen. Sinds 2006 is DPS enig octrooihoudster. In 1999 is besloten de productie en verhandeling van Carboply onder te brengen in een nieuwe vennootschap (CBV). De vennootschap is in 2001 opgericht en BSG en Chamtor houden ieder 50% van de aandelen daarin. DPS en P&L hebben CBV een exclusieve licentie gegeven om de werkwijze toe te passen en de daaruit resulterende producten (Carboply) te verkopen. In 2003 aan DPS heeft Chamtor de samenwerkingsovereenkomst met betrekking tot de vervaardiging en verhandeling van Proply opgezegd.

2.7. DPS heeft een vordering tegen Chamtor ingesteld op grond van haar octrooi op de werkwijze voor het vervaardigen van Carboply. De uit dien hoofde ingestelde vorderingen zijn door de rechtbank in de zaak met zaak-/rolnummer 254374 HA ZA 05-3660, die gevoegd is met de onderhavige zaak, grotendeels toegewezen. Van het vonnis is in zoverre geen hoger beroep ingesteld.

2.9. (…) Vordering ii. van CBV heeft de rechtbank afgewezen op de grond dat CBV ingevolge het bepaalde in artikel 70 lid 5 van de Rijksoctrooiwet 1995 (ROW 1995) als licentieneemster niet bevoegd is zelfstandig winstafdracht te vorderen. Vanwege het opschortingsrecht van Chamtor heeft de rechtbank ook de vordering van BSG wegens tekortkoming afgewezen. De overige vorderingen van BSG heeft zij grotendeels toegewezen.

Lees het arrest hier.