Contractueel gebonden om de domeinnaam over te dragen

B9 11135. Vzr. Rechtbank ’s-Gravenhage, 20 april 2012, KG ZA 12-198, Infostrada tegen S. c.s en CMV.

Domeinnamen. Onrechtmatige daad na stuklopen samenwerking. Gedaagde S. heeft begin april 2008 als freelancer in opdracht van Infostrada, de domeinnaam paardensport.tv gekocht voor een cliënt van eiseres Infostrada, de Koninklijke Nederlandse Hippische Sportfederatie (KNHS), voor wie  Infostrada middels een procesvolmacht procedeert.

De kosten voor de koop van paardensport.tv heeft S. doorgefactureerd aan Infostrada (toen Unicem), de kosten van de registratie en hosting waren nog niet gefactureerd. S. is echter altijd feitelijk houder van de domeinnaam gebleven. In 2012 bemerkten KNHS en Infostrada dat de domeinnaam was gekoppeld aan een andere website met een andere content waarover zij geen enkele controle hebben. S. bleek daarnaast de domeinnaam te hebben overgedragen aan zijn nieuwe B.V. De voorzieningenrechter wijst de vordering van Infostrada (namens KNHS) tot overdracht van paardensport.tv. toe.

Volgens de voorzieningenrechter is er geen sprake van een concrete schriftelijke overeenkomst, maar moet de inhoud van de overeenkomst worden afgeleid uit de verklaringen van partijen, met name de beschikbare e-mail correspondentie. Uit die mail volgt dat S. paardensport.tv heeft aangekocht voor de KNHS. Dat de kosten voor registratie en hosting nog niet zijn gefactureerd is begrijpelijk in het licht van het gegeven dat S. de domeinnaam nog niet heeft overgedragen aan de KNHS. S. is naar oordeel van de voorzieningenrechter contractueel gebonden de domeinnaam over te dragen aan de KNHS.

Ook een laatste procesrechtelijk verweer slaagt niet: “De voorzieningenrechter heeft dan ook ter zitting het voorlopig oordeel uitgesproken dat S. contractueel gebonden is de Domeinnaam over te dragen aan de KNHS. Mr. Tijman heeft daarop de ontvankelijkheid van de vordering van Infostrada betwist. “ Die stelling wordt afgewezen.

De procesvolmacht en eiswijziging vinden hun grond in omstandigheden waarmee S. c.s. nog voor de dagvaarding voor dit kort geding bekend mee was, en die hij eerder, naar aanleiding van de sommaties aan zijn adres naar voren had kunnen brengen. Het late moment van overlegging van de procesvolmacht en de wijziging van eis van Infostrada heeft S. c.s. dan ook niet geschaad in zijn mogelijkheden tot verweer. De voorzieningenrechter acht de overlegging van de procesvolmacht en de wijziging eis dan ook toelaatbaar.

Wel is aannemelijk dat Infostrada door eerder duidelijkheid te scheppen over haar processuele positie en de positie van de KNHS als rechthebbende, dit kort geding wellicht had kunnen vermijden dan wel aanmerkelijk had kunnen vereenvoudigen. De proceskosten worden daarom gecompenseerd, ook al is Infostrada aan te merken als de hoofdzakelijk in het gelijk gestelde partij.

Lees het vonnis hier.