Dat deze vorm geen onderscheidend vermogen heeft

24-05-2012 Print this page

B9 11258. HvJ EU, 24 mei, zaak C-98/11 P, Chocoladefabriken Lindt & Sprüngli tegen OHIM.

"De vorm van een chocolade haas met een rood lint kan niet worden ingeschreven als gemeenschapsmerk. Het Hof bevestigt dat deze vorm geen onderscheidend vermogen heeft."

Merkenrecht. Hogere voorziening tegen T-336/08 waarin een beroep tegen de beslissing van het OHIM om een aanvraag tot inschrijving als gemeenschapsmerk van een driedimensionaal teken in de vorm van een chocolade haas met een rood lint te weigeren, werd verworpen. In het vandaag uitgesproken arrest oordeelt het Hof dat het Gerecht geen blijk heeft gegeven van een onjuiste rechtsopvatting door te concluderen dat het OHIM de inschrijving van dit merk terecht had geweigerd.

Het Hof herinnert eraan dat het onderscheidend vermogen van een merk moet worden beoordeeld ten aanzien van de waren of diensten waarvoor de inschrijving is aangevraagd, en uitgaande van de perceptie van het relevante publiek. Het Hof overweegt dienaangaande dat het Gerecht deze criteria correct heeft vastgesteld en toegepast, door zowel de in de sector gebruikelijke praktijken als de perceptie van het product door de gemiddelde consument te onderzoeken. Wat de verkrijging van onderscheidend vermogen door het gebruik van het aangevraagde merk betreft, bevestigt het Hof de geldigheid van de redenering van het Gerecht, voor zover dit heeft geoordeeld dat Lindt niet het bewijs heeft geleverd dat onderscheidend vermogen was verkregen door het gebruik op het volledige grondgebied van de Unie.

Lees het persommuniqué hier en het arrest hier