B9 10221. Vzr. Rechtbank ’s-Gravenhage, 4 oktober 2011, PTC S.A. tegen APE Holland B.V. (met gelijktijdige dank aan Anouschka van de Graaf, Van der Steenhoven).
Octrooirecht. EP PTC Trilinrichting voor het in de grond drijven van voorwerpen (palen, damwanden). Gestelde inbreuk op en, in reconventie, nietigheid van het octrooi. De rechtbank stelt dat het octrooi geldig is en wijst de (niet-grensoverschrijdende) inbreukvordering toe, net als de recall-vordering. 1019h proceskosten: €52,947,65. Eerst even voor jezelf lezen.
4.26. APE heeft bestreden dat zij handelingen heeft verricht die moeten worden aangemerkt als aanbieden voor een of ander in de zin van artikel 53 ROW. Dat verweer wordt verworpen.De stelling van APE dat zij de op haar website getoonde trilinrichtingen aanbiedt uitsluitend voor verkoop en verhuur buiten Europa, met name in Rusland, is voorshands onaannemelijk. De website, die ook in het Engels is gesteld, biedt de bezoeker informatie over verkoop en verhuur en is naar voorlopig oordeel (mede) gericht op Nederland en andere landen binnen Europa, althans uit niets blijkt dat de getoonde producten worden aangeboden uitsluitend voor verhandeling daarbuiten. Dat de trilblokken niet via de website zouden kunnen worden besteld maakt niet dat van aanbieden geen sprake zou zijn. Naar voorlopig oordeel is hiermee in ieder geval sprake van aanbieding voor verkoop en/of verhuur in Nederland en andere landen binnen Europa.
4.27. Bij deze stand van zaken zal het gevorderde inbreukverbod worden toegewezen. Dat het belang van PTC als octrooihoudster bij een verbod in de gegeven omstandigheden minder zwaar zouden wegen dan het belang van APE haar – naar voorlopig oordeel inbreukmakende – handelingen voort te zetten, zoals APE heeft betoogd, valt niet in te zien.
4.28. PTC heeft een grensoverschrijdend inbreukverbod gevorderd, maar de voorzieningenrechter zal het inbreukverbod beperken tot Nederland. Toewijzing van het verbod voor andere landen dan Nederland kan alleen al niet geschieden omdat PTC heeft nagelaten validaties van het octrooi voor de betreffende landen over te leggen. Mede gelet hierop is naar voorlopig oordeel onvoldoende gesteld omtrent de geldigheid en de mogelijk afwijkende conclusies van de parallelle octrooien in de betreffende landen.
Lees het vonnis hier.
