Dirk heeft misleid

01-02-2012 Print this page

B9 10739. Vzr. Rechtbank Amsterdam, 1 februari 2012, LJN: BV2530, Albert Heijn B.V. tegen Detailconsult Supermarkten B.V. (met dank aan Ebba Hoogenraad en Daan van Eek, Hoogenraad en Haak).

Reclamerecht. Dirk heeft misleid en dat wordt hem zeer kwalijk genomen. ‘In een paginagrote advertentie van Dirk van den Broek in De Telegraaf en het Algemeen Dagblad heeft Dirk van den Broek gesteld dat zij 20% goedkoper is dan Albert Heijn. De voorzieningenrechter van de rechtbank Amsterdam heeft geoordeeld dat deze advertentie misleidend is onder meer omdat van verkeerde prijzen is uitgegaan, omdat producten zijn vergeleken die niet met elkaar vergeleken mogen worden en omdat Dirk van den Broek een verkeerde rekenmethode heeft toegepast. Dirk van den Broek wordt veroordeeld de advertentie te rectificeren in de twee dagbladen alsmede door middel van posters die in elk filiaal van Dirk van den Broek moeten worden opgehangen.’

4.2.  Geoordeeld wordt dat de advertentie van Dirk van den Broek die in dit kort geding centraal staat misleidend is. De belangrijkste redenen daarvoor zijn de volgende:

- Dirk van den Broek heeft de in een artikel in De Telegraaf van 9 januari 2012 genoemde prijzen van Albert Heijn producten overgenomen in haar advertentie van 14 januari 2012, zonder na te gaan of deze prijzen juist waren. In een aantal gevallen waren die prijzen niet juist. Zo heeft Dirk van den Broek als prijs voor Jonagold appels de prijs overgenomen die in het artikel in de Telegraaf was vermeld, te weten € 1,98, terwijl de juiste prijs bij Albert Heijn € 1,19 was.

- In genoemd artikel waren producten in een aantal gevallen weinig specifiek aangeduid (bijvoorbeeld: “volkorenbrood”), zodat zowel in het assortiment van Albert Heijn als in dat van Dirk van den Broek verschillende producten aan die omschrijving voldoen. In de rechtspraak is weliswaar toelaatbaar geacht dat ook producten van verschillende kwaliteit met elkaar worden vergeleken, maar dat geldt alleen als deze in voldoende mate onderling verwisselbaar zijn. Dat neemt niet weg dat indien aan beide zijden verschillende varianten van hetzelfde product worden verkocht (met uiteenlopende kwaliteit en prijs) slechts die varianten mogen worden vergeleken die wat kwaliteit betreft vergelijkbaar zijn, omdat de vergelijking anders misleidend is. Dat kan anders zijn als in de prijsvergelijking ook een kwaliteitsaanduiding wordt gegeven, maar dat geval deed zich hier niet voor. Dit heeft er bijvoorbeeld toe geleid dat een biologische komkommer van Albert Heijn (€ 1,29) is vergeleken met een gewone komkommer van Dirk van den Broek (€ 0,59), hetgeen zonder nadere toelichting – die niet is gegeven – misleidend is.

 - Wat de berekening van het prijsverschil betreft heeft Albert Heijn er terecht bezwaar tegen gemaakt dat Dirk van den Broek het prijsverschil heeft gedeeld door de prijs van Dirk van den Broek in plaats van door de prijs van Albert Heijn. Zij had dus andere percentages moeten vermelden dan wel de genoemde percentages, maar dan had de tekst moeten luiden dat Albert Heijn het aangegeven percentage duurder was. Dirk van den Broek heeft erkend dat haar claim dat het prijsverschil 20% bedraagt gebaseerd is op een berekening volgens welke Albert Heijn 20,6% duurder is dan Dirk van den Broek en dat als ‘de andere kant op’ wordt gerekend moet worden gezegd dat Dirk van den Broek 17,07% goedkoper is dan Albert Heijn. Albert Heijn berekent het prijsverschil zelf op 10,61% maar Dirk van den Broek heeft tegen die berekening op haar beurt bezwaar gemaakt. In dit kort geding is niet de vraag aan de orde wat het juiste percentage is, maar de vraag of het in de advertentie door Dirk van den Broek genoemde percentage van 20% juist is. Om deze reden zullen in de rectificatie geen percentages worden genoemd.

- Met betrekking tot de producten die niet in het assortiment van Dirk van den Broek voorkomen geldt dat deze wel in de totaaltelling van de producten van Albert Heijn zijn opgenomen (die uitkomt op € 80,56), hetgeen in een zuivere vergelijking niet had mogen gebeuren. Dirk van den Broek heeft in een (slecht leesbare) voetnoot vermeld dat deze producten in de berekening van het prijsverschil niet zijn meegenomen. Dit is op zich juist, maar neemt niet weg dat het totaalbedrag aan de kant van Albert Heijn is gebaseerd op meer producten dan de totaaltelling aan de kant van Dirk van den Broek en dat is misleidend.

- Albert Heijn heeft ook bezwaar gemaakt tegen het omrekenen van afwijkende hoeveelheden, maar nu dat zowel in het voordeel als in het nadeel van Albert Heijn gebeurd is en het effect hiervan betrekkelijk gering is, speelt dit in het geheel een ondergeschikte rol.

- Tot slot heeft Albert Heijn bezwaar gemaakt tegen het feit dat producten met elkaar zijn vergeleken die niet op dezelfde dag zijn aangekocht. De Albert Heijn-producten zijn op 4 januari 2012 aangekocht, die van Dirk van den Broek op 9 januari 2012. Albert Heijn zal worden gevolgd in haar standpunt dat – aangezien de prijzen in de supermarktbranche behoorlijk kunnen schommelen – voor een eerlijke vergelijking producten op dezelfde dag moeten worden aangekocht. In dit concrete geval is echter niet gebleken dat het negatieve effect hiervan voor Albert Heijn aanzienlijk was, zodat ook dit aspect in het geheel een ondergeschikte rol speelt.

Al met al is de juistheid van de claims “Prijzen super blijven gelijk en de prijsverschillen ook” en “20% verschil” onvoldoende aannemelijk geworden. De advertentie moet dan ook als misleidend worden beschouwd.

Lees het vonnis hier.