Een foto uit het interview

12-04-2012 Print this page

B9 11085. Rechtbank Utrecht, 21 maart 2012, LJN: BW2159 (Turkse demonstranten).

Mediarecht. Portretrecht. Publicatie afbeelding en gegevens op internet. In oktober 2011 is in Amsterdam bij een demonstratie het Koerdisch Centrum te Amsterdam door een groep Turkse demonstranten aangevallen. Eiseres i.c. was aanwezig in het Koerdisch Centrum en is na het verlaten van het Centrum geïnterviewd door de lokale nieuwszender AT5. Gedaagde heeft een afbeelding uit het interview bij enkele artikelen over de PKK op zijn website allesinperspectief.nl geplaatst met het bijschrift “PKK-woordvoerster probeert het vuurtje aan te wakkeren tussen de Turken en de Koerden”.

De kernvraag van dit kort geding is of het plaatsen van de hierboven genoemde artikelen, persoonsgegevens en afbeelding van eiseres op de website AIP onrechtmatig is jegens eiseres. De rechtbank oordeelt dat dat inderdaad het geval is. In de artikelen is naar het oordeel van de rechtbank sprake van het uiten van een ernstige, onvoldoende gefundeerde, verdenking jegens eiseres en de rechtbank acht het  voldoende aannemelijk dat voormelde artikelen ernstige gevolgen kunnen hebben voor eiseres.

4.14 De rechtbank betrekt tevens bij haar oordeel dat het herhalen van beschuldigingen, die bovendien steeds kwetsbaarder en persoonlijker worden, hieraan een hetzerig en daardoor onrechtmatig karakter geven. In dit kader is door [eiseres] ook gesteld dat het vermelde artikel van 25 februari 2012 van [gedaagde sub 1] de zogenoemde ‘druppel’ was, nu hierin een groot aantal persoonsgegevens van [eiseres] staan vermeld. De rechtbank overweegt dat van het hiervoor aangehaalde patroon genoegzaam is gebleken.

De artikelen van 28 oktober 2011 en 1 november 2011 van [gedaagde sub 1] alsmede het artikel van 28 oktober 2011 zijn op de tekstuele inhoud (los dus van de oorspronkelijk daarbij geplaatste afbeelding van [eiseres]) algemeen van aard te noemen. Op 17 en 31 januari 2012 verschijnen dan twee artikelen van de hand van [gedaagde sub 1] die specifiek op [eiseres] gericht zijn. In het artikel van 15 februari 2012 komt daar nog bij dat ook een groot aantal persoonsgegevens van [eiseres] worden vermeld.

4.15 In het verlengde daarvan overweegt de rechtbank dat, voor zover [gedaagde sub 1] c.s. de bedoeling hebben gehad het publiek te informeren, dan wel aan het publiek hun mening kenbaar te maken omtrent de Koerdisch-Turkse kwestie, met een grote mate van waarschijnlijkheid dit doel ook op een voor [eiseres] minder schadelijke wijze met een redelijke kans van slagen had kunnen worden bereikt.

4.16 Alle omstandigheden in aanmerking genomen is de rechtbank dan ook van oordeel dat het recht van [eiseres] te worden beschermd in haar eer in goede naam en in haar persoonlijke levenssfeer prevaleert en daarmee dat de hiervoor besproken publicaties en het plaatsen van haar afbeelding op de website AIP onrechtmatig is. De omstandigheid dat [gedaagde sub 1] c.s. hebben gevraagd om een weerwoord van [eiseres], maar dat zij dat nooit heeft gegeven, kan in dat geval, gelet op de ernst van de verdachtmakingen, die geen steun vinden in feitelijke informatie, de onrechtmatigheid hieraan niet ontnemen.

Lees het vonnis hier.