Een keuze uit vele (antidepressieve) verbindingen

24-01-2012 Print this page

B9 10699. Gerechtshof ’s-Gravenhage, 24 januari 2012, gevoegde zaken (3), Lundbeck tegen Tiefenbacher, Lundbeck tegen Centrafarm & Lundbeck tegen Ratiopharm (met dank aan Marleen van den Horst en Jaap Bremer, BarentsKrans Willem Hoyng & Claudia Zeri, Hoyng Monegier). 

Octrooirecht.  Nederlandse escitalopramzaak, onderdeel van een reeks nationale procedures tussen octrooihouder Lundbeck en geïntimeerden (door het hof aangeduid als ‘De Generieken’) over het geneesmiddel escitalopram, een ‘blockbuster anti-depressivum’. Het Hof vernietigt het vonnis waarvan beroep (Rb. Den Haag, 8 april 2009), vernietigt het Nederlandse deel  van Lundbecks EP 0347066 voorzover het de conclusies 1-5 (stofconclusies) betreft en verklaart Lundbecks ABC nietig, voor zover het is gebaseerd genoemde  conclusies. Uitgebreider bespreking volgt, nu eerst even heel kort:

8.7 (…) Bij keuze-uitvindingen kan de inventiviteit gelegen zijn in de keuze van een bepaalde (in geïndividualiseerde vorm nog niet geopenbaarde) verbinding uit een bekende groep van verbindingen, indien het gebruik van de gekozen verbinding een onverwacht voordeel, zijnde het technische effect van die verbinding, oplevert.
In het onderhavige geval is het verschil tussen US-A 4.136.193 en het octrooi het gemis aan een geïndividualiseerde openbaarmaking van escitalopram. (...) Het objectieve technische probleem voor de vakman op de pioriteitsdag is dus het vinden van het (nieuwe) enantiomeer die dit (betere) effect heeft. Of de oplossing van dit objectieve probleem al dan niet voor de vakman voor de hand ligt hangt daarvan af of (op de voorrangsdatum) de vakman door openbaarmaking van het racemaat direct naar (het bereiden en testen van) escitalopram zou (‘would’(en niet ‘kon’( ‘could)) zou worden geleid met een redelijke verwachting dat hij de gewenste (verbeterde) werking zou verkrijgen.
Zoals hiervoor is uiteengezet is dit zonder meer het geval: op grond van zijn algemene vakkennis komt de vakman direct uit bij ofwel het (+)-enantiomeer, ofwel het (-)-enantiomeer van citalopram, waarbij deverbeterde werking van het (+)-enantiomeer met een factor van ongeveer 2 ten opzichte van het racemaat niet verrassend is (…).

(…) 8.9 De slotsom van het voorafgaande is, dat het door Lundbeck aan de stand der techniek toegevoegde escitalopram per se volgens conclusie 1 van het octrooi inventiviteit mist. Tot hetzelfde oordeel lijk het Bundesgerichtshof in de overeenkomstige Duitse zaak te zijn gekomen, hoewel het BGH uit lijkt te gaan van de door Lundbeck verdedigede ruime probleemstelling van, kort gezegd, een ‘keuze uit vele (antidepressieve) verbindingen.

(…) Andere jurisdicties. 15 Door partijen is een groot aantal uitspraken overgelegd in overeenkomstige zaken die in andere landen hebben gediend. In deze uitspraken (in hoogste instantie) zijn de stofconclusies 1-5 in stand gebleven op grond van, kort gezegd, de inventiviteit van de werkwijze, Een discussie ten aanzien van het beginsel ‘proportionaliteit’ ontbreekt echter, behoudens in de uitspraak in het Verenigd Koninkrijk.

Lees het arrest hier.