Een lichtbronmachine

30-11-2011 Print this page

B9 10484. Rechtbank ’s-Gravenhage, 30 november 2011, HA ZA 10-1550, OTB Group B.V. c.s. tegen Lemnis Lightning B.V.

Octrooirecht, althans een stukgelopen samenwerking tussen machinebouwer OTB en Lemnis, ‘een voorloper in duurzame verlichtinsoplossingen.’ Partijen hebben in 2005 een samenwerkingsovereenkomst (MoU) gesloten m.b.t. het vervaardigen van een lichtbronmachine. Leminis had toen terzake al enkele octrooiaanvragen ingediend. 

Het onderhavige geschil stelt OTB dat Lemnis tekort is geschoten in de nakoming van de gemaakte afspraken, dat gedaagden 2, 3 en 4 van deze wanprestatie profiteren. Daarnaast stelt OTB dat zij mede aanspraak heeft op de octrooiaanvragen. Aangezien de lichtbronmachine nooit is gemaakt, spits het geschil zich feitelijk toe op de beloningssystematiek, de door OTB opgeëiste royalties op de door Lemnis voor haar producten gebruikte lichtbronnen.

OTB c.s. stelt dat de vergoedingsstructuur niet gekoppeld was aan de productie van een lichtbronmachine. Lemnis stelt dat het gaat om royalties op de gebruikte lichtbron en dat zij, nu de lichtbronnen niet gemaakt zijn met behulp van de machines van OTB, de lichtbronnen bij derden heeft moeten inkopen en dus ook geen percentage kan afdragen. De rechtbank stelt, kort gezegd, dat de gemaakte afspraken het aannemelijk doen voorkomen dat op dat moment nog werd uitgegaan van de productie  van de lichtbronnen op de lichtbronmachine. De rechtbank geeft opdracht aan OTB om haar stelling te bewijzen, bijvoorbeeld door getuigenverhoor.

Van schuldseisersverzuim van OTB en profiteren van wanprestatie door aan Lemnis gelieerde ondernemingen is geen sprake. Ook de ‘quasi-opeising’ van de octrooien door partiële verneitiging van de overeenkomst (de bepaling geen aanspraak te maken op de octrooien) wordt afgewezen. “OTB c.s. ter comparitie desgevraagd ook niet kunnen onderbouwen dat de haar voorgestane partiële ontbinding een evenredige vermindering van de wederzijdse prestaties betreft, zodat de vorderingen ter zake worden afgewezen.”

Lees het vonnis hier.