Een norm voor het begrip ‘onherkenbaar’

30-11-2011 Print this page

B9 10478. Rechtbank Amsterdam, 24 november 2011, HA RK 11-157, X tegen Stegeman & Noordkaap TV Producties (met dank aan Josine van den Berg, Klos Morel Vos & Schaap).

Mediarecht. Stemrecht. Uitzending m.b.t. malafide Paardenhandelaar. Vervolg op Hof Amsterdam, 21 mei 2010, waarin het hof oordeelde dat het programmaUndercover in Nederland niet onrechtmatig had gehandeld door gebruik te maken van een verborgen camera, omdat mogelijk sprake was van een ernstige maatschappelijke misstand, namelijk oplichting, het veroorzaken van dierenleed en het in het leven roepen van teleurgestelde verwachtingen bij kopers van paarden. Wel zag het hof aanleiding om te bepalen dat de stem van gefilmde paardenhandelaarster in het programma zodanig diende te worden vervormd zodat deze onherkenbaar zou worden. De onderhavige procedure ziet op dat laatste oordeel.

Eiseres stelt dat zij na de bewuste uitzending tal van reacties ontvangen van personen die haar hebben herkend. X heeft vervolgens de stemvervorming laten onderzoeken in een geluidsopnamestudio. Deze studio is van mening dat in de uitzending gedeelten te horen zijn waarin haar stem in het geheel niet is bewerkt. X verzoekt de rechtbank een deskundige aan te wijzen die gespecialiseerd is in stemmen, geluidopname, televisie en ‘bij voorkeur affiniteit heeft met de paardenbranche.’ Het verzoek wordt afgewezen, onder andere omdat “het vaststellen van een norm voor het begrip “onherkenbaar” niet valt binnen de expertise van deze deskundige.”

4.2. De rechtbank is, met verweerders van oordeel dat de vraag die X beantwoord wil zien niet de feitelijke vraag is die op grond van een specifieke expertise beantwoord dient te worden. Een deskundigenonderzoek door een technicus gespecialiseerd in geluidsopnamen zou aangewezen kunnen zijn wanneer men iets zou willen weten over de manier waarop een stemgeluid kan worden vervormd. Bijvoorbeeld ter beantwoording van de vraag of de techniek maximaal is gebruikt om herkenning te voorkomen. In de onderhavige zaak gaat het echter niet om beoordeling van de gebruikte techniek maar om het uiteindelijke resultaat van de stemvervorming. Naar het oordeel van het hof diende de vervorming zodanig te zijn dat de stem van X onherkenbaar is. Niet valt in te zien dat de door X gewenste deskundige specifieke deskundigheid bezit tot het beoordelen van de herkenbaarheid van de stem van X. Daarbij overweegt de rechtbank tevens dat het vaststellen van een norm voor het begrip “onherkenbaar” niet valt binnen de expertise van deze deskundige. De rechtbank zal het verzoek dientengevolge afwijzen.

Lees het vonnis hier.