Gerecht EU 8 mei: 2 nietigheidsacties en 3 opposities

08-05-2012 Print this page

B9 11200. Gerecht EU, 8 mei 2012, zaak T-331/10, Yoshida Metal Industry tegen OHIM/ Pi-Design.

Merkenrecht. Nietigheidsactie gebaseerd op absolute weigeringsgronden (art. 7 Verordening 207/2009) tegen het Gemeenschapsbeeldmerk “dat een oppervlak bedekt met zwarte stippen weergeeft” (gebruikt voor de bekende Global messen). Het OHIM wees de gevorderde nietigheid eerder toe, het Gerecht vernietigt die beslissing.

 

Volgens het Gerecht is het OHIM er ten onrechte vanuit gegaan dat de zwarte stippen inkepingen zijn die een anti-slip structuur aanbrengen op het handvat van een mes. Het holle karakter van deze inkepingen maakt volgens het Gerecht geen deel uit van het beeldmerk. Nergens blijkt uit dat de zwarte stippen in kwestie inkepingen in plaats van een figuratief patroon vertegenwoordigen. Bovendien ging de registratie van het betwiste beeldmerk niet vergezeld met de beschrijving van het effect van de stippen. Hierdoor is het OHIM er ten onrechte vanuit gegaan dat de stippen inkepingen waren. Het OHIM heeft in haar beslissing niet – zoals zij had moeten doen - gekeken naar het merk zoals ingediend, maar naar de producten waar het merk betrekking op heeft.

 

Lees het arrest hier.

 

B9 11199. Gerecht EU, 8 mei 2012, zaak T-416/10, Yoshida Metal Industry tegen OHIM/Pi-Design. 

Merkenrecht. Nietigheidsactie gebaseerd op absolute weigeringsgronden tegen het Gemeenschapsbeeldmerk “dat een oppervlak bedekt met zwarte cirkels weergeeft” (gebruikt voor de bekende Global messen). Het OHIM wees eerder de gevorderde nietigheid toe, het Gerecht volgt ook in deze soortgelijke zaak het OHIM niet, op dezelfde gronden zoals hierboven weergegeven.

Lees het arrest hier.


 

B9 11198. Gerecht EU, 8 mei 2012, zaak T-244/10, Tsakiris-Mallas  tegen OHIM/ Seven (7Seven Fashion Shoes).

Merkenrecht. EU-oppositieprocedure o.g.v. de Italiaanse beeldmerken ‘Seven’ en ‘Seven’  (schoenen) tegen de inschrijving van het beeldmerk ‘7Seven Fashion Shoes’(schoenen). Het OHIM wees de oppositie eerder toe, het Gerecht volgt het OHIM en stelt dat er i.c. inderdaad sprake is van gevaar voor verwarring tussen de betrokken tekens. De tekens zijn volgens het Gerecht visueel, auditief en conceptueel gelijk. De kans bestaat dat het relevante publiek kan menen dat de schoenen afkomstig zijn van een en dezelfde - of een hieraan verbonden – onderneming.

 

Lees het arrest hier


 

B9 11197. Gerecht EU, 8 mei 2012, zaak T-348/10, Panzeri tegen OHIM/Royal Trophy (Royal Veste e premia lo sport).

Merkenrecht. EU-oppositieprocedure o.g.v. EU-en Internationale woordmerken (VESTE LO SPORT (sportkleding) en het beeldmerk ‘PANZERI veste lo sport’ (niet ingeschreven maar gebruikt in het economisch verkeer voor sportkleding) tegen de inschrijving van het beeldmerk ‘ROYAL veste e premia lo sport’. Het OHIM wees de oppositie eerder af, het Gerecht vernietigt deze beslissing, onder meer omdat het OHIM ten onrechte een aantal elementen van het merk van verzoekster niet heeft betrokken bij de beoordeling van het onderscheidend vermogen. Volgens het Gerecht zijn de gekroonde leeuw en de slogan te beschouwen als niet verwaarloosbare bestanddelen, en vormen dus onderdeel van het merk die invloed heeft op de totaalindruk van het merk.


Lees het arrest hier



B9 11196. Gerecht EU, 8 mei 2012, zaak T-101/11, Mizuno tegen OHIM/ Golfino (G).

Merkenrecht. EU-oppositieprocedure o.g.v. een beeldmerk dat de letter "G" en een plusteken bevat (kleding) tegen de inschrijving van een beeldmerk dat de letter "G" en andere symbolen bevat (kleding). Het OHIM wees de oppositie eerder toe en het Gerecht volgt het OHIM. Overeenstemmende merkenvoor soortgelijke waren en verwarringsgevaar valt derhalve niet uit te sluiten. Dat de merken niet veel meer zijn dan een enekel letter, kan daar niet aan af doen:

50. In diesem Zusammenhang ist darauf hinzuweisen, dass der Gesetzgeber in die Aufzählung der Beispiele von Zeichen, die eine Gemeinschaftsmarke darstellen können, in Art. 4 der Verordnung Nr. 207/2009 ausdrücklich die Zeichen, die aus einem Buchstaben bestehen, aufgenommen hat und dass die Art. 7 und 8 dieser Verordnung über die Eintragungshindernisse keine besonderen Regeln für Zeichen enthalten, die aus einem Buchstaben oder einer Buchstabenkombination bestehen und kein Wort bilden.

Lees het arrest hier.