B9 10490. Rechtbank Utrecht , 30 november 2011, LJN: BU6292, Dunlop Slazenger c.s. tegen Nederlandse Badminton Bond.
Zaak over sponsorovereenkomst, met aardig afgeleide van de verzilverbare populariteit: het recht om de populariteit te verzilveren. Het geschil tussen diverse sportartikelenfabrikanten en de Nederlandse Badminton Bond (NBB) betreft de uit de sponsorovereenkomst van de Bond & Yonex, (een Japanse producent van badmintonartikelen), voortvloeiende materiaal- en kledingverplichtingen. Spelers die niet voor Yonex kiezen, mogen volgens het huidige beleid van NBB geen deel uitmaken van de nationale selectie en op landenteamtoernooien niet spelen met een racket met het logo van hun individuele sponsor.
Het enkele feit dat uit de Sponsorovereenkomst volgt dat Yonex bij een nationale bond exclusieve promotiemogelijkheden voor haar merk heeft verworven, betekent, naar mening van de rechtbank, anders dan Dunlop c.s. meent, nog niet dat de Sponsorovereenkomst tot doel heeft de mededinging te beperken. Daarnaast staat het de spelers (inmiddels) vrij hun eigen materiaal te gebruiken, mits niet voorzien van merkaanduiding, en worden zij dus niet (meer) beperkt in hun materiaalkeuze.
Ook de ‘vrijheid om populariteit te verzilveren’ is niet meer in het geding. De NBB heeft het beleid versoepeld en spelers worden, waar het gaat om het promoten van een merk van de individuele sponsor, op individuele internationale toernooien niet meer beperkt. Verder mogen de Spelers nu deelnemen aan de landenteamtoernooien, zij het met een neutraal badmintonracket. “Het enkele feit dat NBB de Spelers op een of twee per jaar plaatsvindende landenteamtoernooien niet toestaat om te spelen met badmintonrackets met het te promoten logo van de individuele sponsor, betekent niet zonder meer dat NBB inbreuk maakt op het recht van de Spelers om hun populariteit te verzilveren.”
Niet is gebleken dat die sponsors (of andere sponsors) in de toekomst niet of tegen lagere sponsorbijdragen bereid zullen zijn nieuwe individuele sponsorovereenkomsten met de Spelers te sluiten doordat hun merk op de landenteamtoernooien niet meer door middel van de badmintonrackets van de Spelers kan worden gepromoot. De rechtbank volgt wel de stelling van eisers dat NBB onrechtmatig heeft gehandeld en handelt, omdat NBB (top)spelers heeft aangezet en nog steeds aanzet tot wanprestatie jegens de sponsors van die spelers. De daardoor geleden schade dient NBB te vergoeden.
Lees het vonnis hier.
