Met chihuahua en tas

04-05-2011 Print this page

B9 9614 Vzr. Rechtbank ’s-Gravenhage, 4 mei 2011, KG ZA 11-294, Nadia Plesner Joensen tegen Louis Vuitton Malletier S.A. (met dank aan Jens van den Brink, Christien Wildeman en Reindert van der Zaal, Kennedy Van der Laan)

 

Modellenrecht. Vrijheid van meningsuiting. Opheffings kortgeding na geruchtmakende ex parte (was ooit B9 9452) en wrakingsprocedure. Het bezwaar van Vuitton gold de afbeelding van een Louis Vuittontas (de ‘Audra’ aan de arm van het jongetje in het midden, o.a. omdat het ernstige schade zou kunnen opleveren door de associatie met de genocide in Darfur. Vuitton zag de vorderingen toegewezen en  Kunstenares Nadia Plesner werd bevolen iedere inbreuk op het Gemeenschapsmodel m.b.t. de tas te staken.

 

In het onderhavige geding geeft Vuitton aan dat zij niet wenst dat het verbod zich uitstrekt tot het schilderij zelf, maar dat het slechts betrekking zou moeten hebben producten als t-shirts en  posters. Voorzieningenrechter Brinkman vernietigt echter het eerder afgegeven bevel in zijn geheel en ex tunc. 1019h proceskosten exclusief wrakingsprocedure.

 

4.2. In geschil is vervolgens of het verbod tot gebruik (buiten bet schilderij Darfurnica) van de  afbeelding van het donkere jongetje met chihuahua en tas (“Simple Living") zoals hiervoor weergegeven  (…) in stand moet blijven.(..)

 

4.5. Louis Vuitton verzet zich tegen het gebruik van het werk “Simple Living” waarin Plesner de Audra-tas of een tas met overeenkomend dessin heeft opgenomen, en het gebruik van dat werk op T-shirts, posters en op de websites van Plesner, omdat Plesner daarmee volgens Louis Vuitton inbreuk maakt op het Gemeenschapsmodelrecht voor het Multicolor Canvas-dessin. Zij beroept zich in het kader van deze procedure niet op eventuele andere intellectuele eigendomsrechten of bijvoorbeeld nakoming.

 

4.6. Naar voorlopig oordeel dient in de onderhavige omstandigheden het belang van Plesner bij het vrij (kunnen blijven) uiten van haar (artistieke) mening via het werk "Simple Living" zwaarder te wegen dan het belang van Louis Vuitton bij het ongestoord genot van haar eigendom. Daartoe zijn de volgende omstandigheden redengevend. 

 

4.7. Louis Vuitton legt aan haar actie tegen Plesner met name (potentiële) schade aan haar reputatie ten grondslag. Als gezegd beroept Louis Vuitton zich evenwel in het kader van deze procedure uitsluitend op haar Gemeenschapsmodelrechten, die tot voornaamste doel hebben voor de rechthebbende een alleenrecht tot gebruik van het door hem geregistreerde uiterlijk van een voortbrengsel in het leven te roepen. Daargelaten de vraag of de functie van het modelrecht zich tevens kan uitstrekken tot bescherming van de reputatie  van het model of zelfs die van de rechthebbende, is die functie naar voorlopig oordeel in ieder geval minder wezenlijk te achten. 

 

4.9. De omstandigheid dat Plesner de afbeelding van “SimpIe Living" in toenemende  mate als blikvanger voor haar activiteiten is gaan gebruiken, maakt naar voorlopig oordeel haar gebruik niet onrechtmatig. In de eerste plaats is de afbeelding, zoals reeds overwogen,  aan te merken als een rechtmatige uiting van de (artistieke) mening van Plesner. Dit is niet anders indien de afbeelding enigszins als blikvanger wordt gebruikt, temeer daar Plesner onvoldoende weersproken  heeft gesteld dat het werk een centrale plaats in haar oeuvre (betreffende Darfur) inneemt en in zoverre extra aandachtvestiging (voor de tentoonstelling met als thema de problematiek in Darfur) gerechtvaardigd is. Het verwordt niet reeds door  gebruik als blikvanger tot een uiting van ‘puur commerciële aard’, net als ook een krant niet door het nastreven van winst met de door haar gepubliceerde artikelen een minder  vergaande bescherming van de vrijheid op meningsuiting moet toekomen. Daarvoor zijn overige bijkomende omstandigheden nodig, die gesteld noch anderszins zijn gebleken. 

 

4.10. Het bij de beschikking van 28 januari 2011 gegeven bevel zal dan ook in zijn geheel worden vernietigd. (…)


Ex tunc vernietiging: 4.1 Gelet op het feit dat gerekwestreerde geen andere rechtsmiddelen ter beschikking staan waarmee tegen een dergelijke maatregel kan worden opgekomen, kan de herziening naar voorlopig oordeel - anders dan de voorzienigenrechter van deze rechtbank aannam op 14 december 2009, iept 20091214 (Kruidvat - Adventure Bags) - terugwerkende kracht worden gegeven. Een ander oordeel zou  immers met zich brengen dat het tussentijds verbeuren van dwangsommen als gevolg van een (naar achteraf wordt geoordeeld: onterecht) gegeven ex parte beschikking op geen enkele wijze kan werden teniet gedaan,  aangezien een aan te spannen bodemprocedure naar vaste rechtspraak de als gevolg van de voorlopige maatregel verbeurde dwangsommen niet kan aantasten. De voorzieningenrechter gaat zodoende om en zal daarom de vernietiging met terugwerkende kracht uitspreken.

 

Proceskosten: 4.13 De kosten van de door Plesner verzochte wraking dienen naar voorlopig oordeel daarbuiten te blijven. (…) zelfs echter indien de wrakingsprocedure als een procedure bedoeld in de handhavingsrichtlijn respectievelijk 1019h Rv zou moeten worden gezien, dient de billijkheid zich tegen een kostenveroordeling van Louis Vuitton te verzetten omdat zij in wezen met deze procedure   tussen Plesner en de betreffende rechter niets van doen heeft. 

 

Lees het vonnis hier of hier op rechtspraak.nl.

 

Zie ook: mediareport en eerder hier: Dirk Visser, NJB, afl. 12, p. 740-742, Darfurnica: modellenrecht versus kunstvrijheid.