Nota naar aanleiding van het verslag Wet auteurscontractenrecht

29-06-2015 Print this page
B913873

Wijziging van de Auteurswet en de Wet op de naburige rechten in verband met de versterking van de positie van de auteur en de uitvoerende kunstenaar bij overeenkomsten betreffende het auteursrecht en het naburig recht (Wet auteurscontractenrecht), Kamerstukken I, 33308, nr. E, ontvangen 26 juni 2015.

"Het in hoofdstuk Ia geregelde auteurscontractenrecht zal overigens regelmatig buiten toepassing blijven in de softwarebranche. Zo wordt in de softwarebranche vaker dan in de meer traditionele auteursrechtsectoren in dienstverband gewerkt. In dat geval komt het auteursrecht veelal toe aan de werkgever en is het hoofdstuk 1a niet van toepassing. Verder wordt veel software in opdracht gemaakt. Het is – anders dan werk in opdracht in de meer traditionele auteursrechtsectoren – niet, althans minder gebruikelijk dat bij de openbaarmaking de naam van de maker wordt vermeld. Op grond van artikel 8 van de Auteurswet geldt de opdrachtgever dan als maker en is hoofdstuk 1a niet van toepassing. Ten slotte is hoofdstuk 1a, met uitzondering van artikel 25f, ook niet van toepassing op opdrachtovereenkomsten waarbij het hoofddoel niet is gericht op exploitatie maar op eigen gebruik door de opdrachtgever, hierbij kan worden gedacht aan softwareproducten op maat.

 

Als hoofdstuk 1a opgeld doet, dan kan de maker geen afstand doen van de geboden bescherming uit hoofde van het voorgestelde artikel 25h, eerste lid, van de Auteurswet. De bepalingen zijn dwingendrechtelijk van aard en kunnen niet bij overeenkomst buiten toepassing worden verklaard. Dat is inderdaad een beperking van de contractsvrijheid die is ingegeven door de zwakkere onderhandelingspositie van individuele auteurs en een wezenskenmerk van het wetsvoorstel. Er is voorshands voor gekozen om het auteurscontractenrecht te regelen in een hoofdstuk dat betrekking heeft op alle auteursrechtelijke werken. Er wordt niet voorzien een specifieke uitzondering voor bijvoorbeeld de softwarebranche. Ook in Duitsland gelden de regels van het auteurscontractenrecht (artikelen 31-44 UrhG), met inbegrip van de bestsellerbepaling, in beginsel ook voor software. Dat heeft, voor zover ons bekend, daar niet tot problemen geleid."

Lees hier meer.