Omdat het heel wel denkbaar is

01-05-2012 Print this page

B9 11159. Hoge Raad, 27 april 2012, LJN: BV1301, De Beeldbrigade B.V. tegen Verweerster.

Auteursrecht, althans een auteursrechtelijke component in een geschil over een overeenkomst tot aanschaf van standaardcomputerprogrammatuur. Eiseres De Beeldbrigade is producent van televisieprogramma’s en heeft bij verweerster het computerprogramma ImageSan met de bijbehorende dragers en apparatuur aangeschaft. De geleverde software bleek niet compatibel met het door De Beeldbrigade gebruikte computerbesturingssysteem en de Beeldbrigade heeft verweerster aansprakelijk gesteld voor de geleden en nog te lijden schade.

Valt de overeenkomst onder het toepassingsbereik van titel 7.1 BW (koop)? En hoe zit dat dan met het auteursrecht? De Hoge Raad stelt, kort gezegd, 7.1 BW van toepassing is op dit soort overeenkomsten en dat  het in deze zaak gaat om de eigenschappen van die software en niet om de auteursrechtelijke (of licentierechtelijke) dimensie daarvan.

3.6 In cassatie is uitgangspunt dat ImageSan standaardsoftware is, dat De Beeldbrigade het recht op het vrije en duurzame (niet in tijdsduur beperkte) gebruik van ImageSan heeft verkregen en dat het in deze zaak gaat om de eigenschappen van die software en niet om de auteursrechtelijke (of licentierechtelijke) dimensie daarvan. Daarvan uitgaande, en gelet op hetgeen hiervoor in 3.4 en 3.5 is overwogen, is het oordeel van het hof dat de desbetreffende overeenkomst onder het toepassingsbereik van titel 7.1 valt, juist. Dat ImageSan mede een voortbrengsel van de menselijke geest is, kan daaraan in de verhouding tussen De Beeldbrigade en [verweerster] niet afdoen omdat heel wel denkbaar is dat iets zowel de bescherming van een of meerdere intellectuele eigendomsrechten geniet als het object is van koop.

A-G Wisman gaat echter wat uitgebreider op de mogelijke auteursrechtelijke aspecten in.

“3.7/3.8 Is nu op een overeenkomst, waarbij de ene partij zich verbindt tot het voor de andere partij beschikbaar maken van standaardcomputersoftware voor duurzaam gebruik en de andere partij om daarvoor eenmalig een bepaalde prijs te betalen, wel of niet de kooptitel 7.1 BW van toepassing te achten? In de literatuur lopen de meningen over deze vraag uiteen

3.8.1 Een van de verdedigde visies is de volgende. Computersoftware is op zichzelf een onstoffelijk object en kan daarom geen voorwerp van het eigendomsrecht zijn maar als voortbrengsel van de geest wel van het auteursrecht. Het tegen betaling van een bepaalde prijs duurzaam ter beschikking stellen van standaardcomputersoftware, indien dat niet gepaard gaat met overdracht van het auteursrecht op de betrokken software, is te zien is als verhuur/huur van het auteursrecht op de betrokken software (artikelen 7A-1585(oud) en 7:201 lid 2 BW: huur van een vermogensrecht). Voor zover het beschikbaar stellen van de software geschiedt door middel van een drager, is er met betrekking tot de drager zelf wel sprake van een koopovereenkomst. De drager zelf is immers een stoffelijk object, kan voorwerp van het eigendomsrecht zijn en kan dus in eigendom worden overgedragen. De overeenkomst tot het beschikbaar stellen van de computersoftware door middel van een drager vormt dan een gemengde overeenkomst: deels een huur/verhuurovereenkomst en deels een koopovereenkomst. Gaat het ter beschikking stellen wel gepaard met een overdracht van het auteursrecht op de betrokken software dan is er wel sprake van een overeenkomst van koop/verkoop.

3.8.2 Een andere visie is dat de overeenkomst tot het tegen betaling van een bepaalde prijs duurzaam ter beschikking stellen van standaardcomputersoftware vanwege de eigen aard van software, te weten een onstoffelijk object, is te beschouwen als een onbenoemde overeenkomst waarop bepalingen van benoemde overeenkomsten (mede) van toepassing zijn, voor zover de inhoud en opzet van de onbenoemde overeenkomst in voldoende mate aansluiten bij die van een benoemde overeenkomst. Bij de licentieovereenkomst, waarbij standaardcomputersoftware duurzaam tegen een eenmalige prijs ter beschikking wordt gesteld, is de gelijkenis met koop zodanig groot dat (analoge) toepassing van de bepalingen van de benoemde overeenkomst van koop en verkoop op zijn plaats is te achten.

3.8.3 Ook wordt de visie aangehangen, wederom vanuit de vooropstelling dat computersoftware geen stoffelijk object is, dat het verwerven van het recht om computersoftware tegen betaling van een bepaalde prijs duurzaam te gebruiken een koop van een vermogensrecht in de zin van artikel 7:47 BW is, althans in die mate daarop gelijkt dat dat artikel van overeenkomstige toepassing is te achten. Dan vinden de bepalingen van de kooptitel 7.1 ook toepassing, voor zover dat te verenigen is met de aard van het verworven recht. Of over de software de beschikking wordt verkregen via een drager dan wel een download, is niet van belang.


3.8.4 Tot de toepasselijkheid van de kooptitel 7.1 wordt ook geconcludeerd op de grond dat computersoftware als een 'zaak' (in de zin van artikel 7.1 BW) is te beschouwen. Sommigen volgen die weg alleen voor het geval dat de aanschaf van computersoftware betrekking heeft op op een gegevensdrager vastgelegde computersoftware, anderen achten artikel 7.1 BW en daarmee de kooptitel 7.1 BW ook van toepassing, indien het gaat om computersoftware die door middel van een download ter beschikking wordt gesteld.

Lees het arrest en conclusie hier.