Omtrent de gemeenschap

21-12-2011 Print this page

B9 10586. Rechtbank ’s-Gravenhage, 14 december 2011, HA ZA 10-2136, Playgo Limited c.s. tegen Trends2come BVBA

 

Merkenrecht. Stukgelopen samenwerking (agentuurovereenkomst). Procesrecht. Bodem na kort geding. Eindvonnis na Rb. Den Haag, 24 augustus 2011, B9 10137. Trends2come, voormalig agent en gemeenschappelijk merkhouder, laat bij de douane een lading speelgoed van Playgo tegenhouden. Playgo stelt dat Trends2com hiermee onrechtmatig heeft gehandeld. Partijen verwijten elkaar over een weer dat de ander als deelgenoot ten aanzien van de gemeenschap geen toestemming heeft gevraagd voor handelingen ten aanzien van de gemeenschappelijk aan hen toebehorende Gemeenschapsmerken en -modellen. De rechtbank Den Haag hield de beslissing eerder aan om partijen in de gelegenheid te stellen om zich nader uit te laten over o.a. hun bevoegdheden als deelgenoot.

 

Partijen hebben inmiddels gekozen voor de toepasselijkheid van het Nederlandse recht. De rechtbank overweegt dat de vraag of voor een bepaalde handeling instemming van de andere deelgenoot noodzakelijk is, dient te worden beantwoord aan de hand van de wettelijke bepalingen omtrent de gemeenschap opgenomen in Titel 7 van Boek 3 van het Burgerlijk Wetboek (BW).

 

Een voorvraag is echter of partijen wel zelfstandige bevoegdheid toekomt tot handhaving van de rechten van de gemeenschap en tot het instellen van rechtsvorderingen ten aanzien van de gemeenschap, en daarmee of  partijen wel ontvankelijk zijn. De rechtbank oordeelt dat het Trends2Com niet gaat om het procederen ten behoeve van de gemeenschap. De rechtbank komt daarmee tot de conclusie dat Trends2Com niet namens de gemeenschap optreedt noch mede namens de andere deelgenoot, Playgo Limited, maar uitsluitend namens zichzelf, waarmee zij niet-ontvankelijk in haar vorderingen is. Wederpartij Playgo Limited heeft haar vorderingen echter (enkel) gegrond op het onrechtmatig handelen door Trends2Com en haar kan het recht om op te treden op grond van een onrechtmatige daad niet ontzegd worden.

 

Dat Trends2Com niet zonder instemming van Playgo Limited de douanemaatregelen had mogen treffen, leidt er toe dat Trends2Com door dat toch te doen onrechtmatig heeft gehandeld jegens Playgo c.s. De gevorderde verklaring voor recht wordt toegewezen. De vordering tot schadevergoeding wordt als onvoldoende onderbouwd  afgewezen.

 

1019h proceskosten: “Aangezien Playgo c.s. evenwel het door hen gevorderde bedrag aan proceskosten ad € 17.087,96 (aan advocaatkosten en verschotten, waarvan € 2.470,- voor het griffierecht) kennelijk wel redelijk en billijk achten en niet valt in te zien waarom Trends2Com onder de gegeven omstandigheden redelijkerwijs minder kosten zou hebben moeten maken dan Playgo c.s., hebben Playgo c.s. de hoogte van het door Trends2Com gevorderde onvoldoende gemotiveerd weersproken voor zover het gevorderde een bedrag van € 17.087,96 niet overstijgt en zal de rechtbank van kosten tot dat bedrag uitgaan.”

 

Lees het vonnis hier.