Ondanks nieuwe jurisprudentie

02-12-2011 Print this page

B9 10498. Gerechtshof 's-Gravenhage, 22 november 2011, LJN: BU6212, Stichting Ter Exploitatie Van Naburige Rechten SENA  tegen Digimusic B.V. 

Naburige rechten. Nootwaardig arrest. Ondanks dat de huidige stand van de jurisprudentie nu tot een heel ander oordeel zou leiden, namelijk dat er geen sprake is van openbaarmaking, heeft  SENA  i.c. toch recht op een de billijke vergoeding voor de ‘kabelkopstation-openbaarmaking ‘ door Digimusic.

10 jaar na het vonnis van de Rechtbank Den Haag (tussenarresten in 2007 en 2010) vernietigt het Hof het vonnis waarvan beroep  (Rb. 's-Gravenhage 19 december 2001, AMI 2002, p. 50 m.nt. D.J.G. Visser (Sena/Digimusic). Het geschil over, kort gezegd, het al dan niet verrichten van exploitatiehandelingen bij het gebruikmaken van kabelkopstations en de daarvoor mogelijk verschuldigde vergoeding is ondertussen eigenlijk  achterhaald door de kabelkopstation in jurisprudentie van de HR in Buma/ Chellomedia (geen openbaarmaking). Het hof heeft het arrest van de HR  wel aangegrepen om partijen tot oplossing te bewegen maar dat is niet gelukt.  Feit blijft derhalve dat tegen het eerdere oordeel van de rechtbank dat wèl sprake was van openbaarmaking door Digimusic niet is gegriefd. De openbaarmaking is niet betwist en het oordeel van de rechtbank blijft dus staan. Verschillende pogingen van Digimusic om het oordeel  van de rechtbank op dat punt alsnog ongedaan te maken, slagen niet. 

“Het hof is van oordeel dat door het arrest van de Hoge Raad van 19 juni 2009 op zichzelf een nieuwe juridische situatie is ontstaan, waarin aanleiding zou kunnen worden gevonden voormelde grief toe te laten, maar dat dit niet mogelijk is als de eisen van de goede procesorde zich daartegen in dit geval verzetten. “ Maar:  “Nu SENA er van mocht uitgaan dat de vraag of sprake was van openbaarmaking niet meer aan de orde was en dus ook geen maatregelen behoefde te nemen om haar stelling dat daarvan sprake was te onderbouwen, zou SENA door het alsnog toelaten van de grief (ongeveer acht jaar nadat de memorie van antwoord tevens grieven in incidenteel appel werd genomen in januari 2003) zodanig in haar verdediging worden geschaad dat de eisen van de goede procesorde zich daartegen in dit geval verzetten. Het hof zal de nieuwe grief dan ook niet toelaten.”

Het hoger beroep spitst zich derhalve toe op de wijze van berekening voor de door Digimusic te betalen billijke vergoeding voor de vastgestelde openbaarmaking.

Lees het vonnis hier.