Prejudiciële vragen: Welk recht is van toepassing inzake overdracht exclusiviteit gebruiksrecht foto's?
27-05-2025 Print this page
Verzoekende partij heeft door een Poolse fotograaf foto’s laten maken voor advertenties van spullen die zij verkocht. De fotograaf gebruikte later deze foto’s in haar eigen online aanbiedingen, wat volgens verzoekende partij een inbreuk maakte op haar exclusieve gebruiksrechten van de foto’s. Het is de vraag of een mondelinge overdracht van exclusieve gebruiksrechten op foto's rechtsgeldig is op grond van het Duitse beschermingslandbeginsel (artikel 8, lid 1 van Rome II) of dat deze overdracht valt onder Poolse wetgeving, waarin het vereiste van schriftelijke overeenkomst wel is opgenomen.
Verzoekende partij heeft door een Poolse fotograaf foto’s laten maken voor advertenties van spullen , waaronder automatten die zij verkocht op eBay. De fotograaf gebruikte later deze foto’s in haar eigen online aanbiedingen, wat volgens verzoekende partij een inbreuk maakte op haar exclusieve gebruiksrechten van de foto’s. Het is de vraag of een mondelinge overdracht van exclusieve gebruiksrechten op foto's rechtsgeldig is op grond van het Duitse beschermingslandbeginsel (artikel 8, lid 1 van Rome II) of dat deze overdracht valt onder Poolse wetgeving, waarin het vereiste van schriftelijke overeenkomst wel is opgenomen.
Verzoekster is daarentegen van mening da in casu het Duitse recht van toepassing is, aangezien het beschermingslandbeginsel, dat is gecodificeerd in artikel 8, lid 1, Rome II ook van toepassing is op de beschikking over het exclusieve gebruiksrecht (zogenaamde Spaltungstheorie). Aangezien in de Bondsrepubliek Duitsland een inbreukmakende handeling is verricht en het gebruiksrecht op de foto’s dus ook in Duitsland is overgedragen, valt ook de overeenkomst inzake de overdracht van de gebruiksrechten in zoverre onder het Duitse recht.
In dit verband voert verweerster aan dat de geldigheid van de overdracht van de exclusieve rechten op het gebruik van de foto’s wordt beheerst door het Poolse recht, aangezien volgens artikel 4, lid 2, Rome I moet worden aangeknoopt bij het recht van de overeenkomst. Aangezien de kenmerkende prestatie van de overeenkomst – het vervaardigen van foto’s door een Poolse fotograaf en de aansluitende overdracht van de gebruiksrechten alsmede de sluiting van de overeenkomst – in een fotostudio Polen is verricht, is op grond van het recht van de overeenkomst en
artikel 11, lid 1, Rome I het Poolse recht van toepassing. Volgens artikel 78 van het Pools burgerlijk wetboek en artikel 53 van de Poolse auteurswet moet de overdracht van rechten op het gebruik van auteursrechtelijk beschermde foto’s
schriftelijk worden overeengekomen.
Prejudiciële vragen:
1. Moet artikel 8, lid 1, Rome II aldus worden uitgelegd dat het recht van het land waarvoor bescherming wordt gevorderd, ook van toepassing is op de vraag van de (formele) geldigheid van de overdracht van exclusieve gebruiksrechten op foto’s door de auteur aan de gebruiksgerechtigde?
2. Indien de eerste vraag ontkennend wordt beantwoord: wordt de vraag van de (formele) geldigheid van de overdracht van exclusieve gebruiksrechten op foto’s door de auteur aan de gebruiksgerechtigde beheerst door het recht van de overeenkomst en bijgevolg door de artikelen 4 en 11 van verordening (EG) nr. 593/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 17 juni 2008 inzake het recht dat van toepassing is op verbintenissen uit overeenkomst (hierna: „Rome I”)?
