Verschillende interpretaties

15-03-2012 Print this page

B9 10942. Rechtbank Leeuwarden, 15 maart 2012, KG ZA 11-354, Siersmederij Oldeberkoop V.O.F. en ’t Stokertje Kachelpardijs tegen Smeedatelier De Jong (met dank aan Lars Bakers en Stance Willems, Bingh).

Merkenrecht, Auteursrecht . Slaafse nabootsing. Oneerlijke mededinging. Executiegeschil (van 16 pagina’s) na rechtbank Leeuwarden, 28 september 2011, B9 10197, de zaak over de Janus-kachels. Zoals bij dat vonnis gemeld: “een complex geschil tussen twee smederijen over (o.a) de rechten op de Januskachel, een houtkachel. De feiten, een samenstel van bedrijfsovernames door oud medewerkers, merkedepots, rechtenverleningen, domeinnaamregistraties, gesteld misleidende mededelingen en zelfs art 12 Sv verzoeken tot strafrechtelijke vervolging, laten zich niet eenvoudig kort samenvatten, maar waar het de IE-rechtelijke essentie betreft, handelt het geschil over de vraag of gedaagden, o.a. op grond van en eerdere bedrijfsovername, ook het recht hebben om de Januskachel te produceren en te verhandelen.”

In het executiegeschil stelt Siersmederij Oldeberkoop c.s. dat Smeedatelier De Jong  ten onrechte betaling van gesteld verbeurde dwangsommen heeft geëist en ten onrechte beslag heeft gelegd op bankrekeningen.  De vorderingen worden afgewezen.

De voorzieningenrechter stelt dat het gegeven verbod beperkt uitgelegd moet worden en dat het, aangezien in het vonnis geen duidelijke definitie kan zijn gegeven van wat exact onder een originele Januskachel moest worden verstaan, verdedigbaar is dat Oldeberkoop en ’t Stokertje (ook) de technisch gewijzigde Janus mochten blijven produceren en dat geen dwangsommen zijn verbeurd. Het verbod op het gebruik van het merk Janus (anders dan voor de Janus-kachel) en het merk Jacobus laat echter geen ruimte voor verschillende interpretaties. Eisers hebben het verbod niet nageleefd en hebben derhalve dwangsommen verbeurd. Ook het gebruik van het merk J-Plus moet als inbreukmakend op het bekende merk Janus worden beschouwd, op grond waarvan ook door dat gebruik dwangsommen verschuldigd zijn. "(...) de vasthoudendheid (het proces loopt sinds 1998) impliceert dat het woordmerk Janus een sterk economisch belang vertegenwoordigt en dat het woordmerk Janus bekend is bij het relevante publiek." 1019h proceskosten Oldeberkoop en ’t Stokertje: €12.362,11.

Lees het vonnis hier.