Woordelijk verslag debat Wet toezicht CBO´s

15-02-2012 Print this page

B9 10799. Auteursrecht. Woordelijk verslag plenair debat Tweede Kamer over de wijziging van de Wet toezicht op collectieve beheersorganisaties voor auteurs- en naburige rechten (B9 10796, Tweede Kamer, 53e vergadering, 14 februari 2012).
 
Staatssecretaris Teeven: "Voorzitter. Ik dank de leden voor hun inbreng in eerste termijn. Ik heb geproefd dat er in de Kamer brede steun is voor het wetsvoorstel. Dat is goed. Toch zijn er verschillende gedachten over de uitwerking ervan. Ook kunnen sommige amendementen forse adders onder het gras zijn. Soms gaan ze namelijk zo ver in hun doel en strekking dat ze een wezenlijke aantasting van het stelsel in zijn geheel behelzen.

(...) Laat ik nu eerst schetsen hoe mijn antwoord in eerste termijn is opgebouwd. Ik wil eerst wat algemene opmerkingen maken over de vraag waarom we met dit wetsvoorstel komen en over de verhouding tussen de verschillende colleges die gaan toetsen: het college van toezicht, de geschillencommissie, de NMa en de civiele rechter. Ik zal kort ingaan op de hoofdlijnen van het wetsvoorstel. Ik zal iets zeggen over de zelfregulering, daar vroeg mevrouw Smeets naar. De heer Van Dijk en anderen vroegen wat er concreet in de AMvB komt. Daar zal ik in het algemeen wat over zeggen. Dan kom ik op de parlementaire werkgroep auteursrecht, de geschillencommissie en de vrijwillige geschillencommissie die van start is gegaan nadat VOI©E en een aantal stakeholders tot overeenstemming zijn gekomen, waarover de heer Bontes sprak. Daarna zal ik uitgebreid ingaan op de vragen van de leden. Tot slot kom ik tot een bespreking van de amendementen.
 
We hebben moeten constateren dat het een breed gedragen wens is van Kamer en kabinet om het toezicht op de cbo's te moderniseren en om de transparantie te vergroten. We zijn het er allemaal over eens -- dat geldt ook voor de regering -- dat een sterker en breder toezicht het vertrouwen in auteursrecht vergroot. Dat is hard nodig, want bij twee cbo's is sprake geweest van commotie. Bij de ene cbo ging die over beleggingsbeleid, over de dubbelrol van een bestuurder en over topinkomens. Bij de andere cbo ging die over debiteurenbeheer. Deze kwesties laten zien dat de inhaalslag die we met dit wetsvoorstel proberen te maken, hard nodig is, ongeacht hoe je denkt over marktwerking of over publiekrechtelijke stelsels. De Kamer verschilt daar niet van mening over met de regering.`

Lees het volledige verslag hier.