1 - Regelgeving auteursrecht

Print this page

    naar IE-Beginselen  

 

 

Hof van Justitie EU

 

IEPT20120426, HvJEU, TV2 Danmark v NCB

Auteursrechtrichtlijn 2001 maakt (onderdelen van) Berner Conventie tot Unierecht. Door richtlijn 2001/29/EG wordt de Uniewetgever derhalve geacht de bevoegdheden te hebben uitgeoefend die voordien toevielen aan de lidstaten op het gebied van intellectuele eigendom. Binnen de werkingssfeer van deze richtlijn moet de Unie worden geacht zich in de plaats te hebben gesteld van de lidstaten, die niet meer bevoegd zijn om de relevante bepalingen van de Berner Conventie ten uitvoer te leggen.

 

IEPT20120209, HvJEU, Luksan v van der Let

Berner Conventie via het WIPO-Auteursrechtverdrag te eerbiedigen onderdeel van Unierecht.
 

IEPT20111004, HvJEU, Premier League

Verdragsconforme uitleg Auteursrechtrichtlijn: artikel 3, lid 1, van de richtlijn auteursrecht moet zo veel mogelijk worden uitgelegd tegen de achtergrond van het volkenrecht, en met name rekening houdend met de Berner Conventie en het Verdrag inzake het auteursrecht. De richtlijn auteursrecht strekt immers tot tenuitvoerlegging van dat verdrag, op grond van artikel 1, lid 4, waarvan de verdragsluitende partijen dienen te voldoen aan de artikelen 1 tot en met 21 van de Berner Conventie. Diezelfde verplichting is ook opgenomen in artikel 9, lid 1, van de Overeenkomst inzake de handelsaspecten van de intellectuele eigendom.

 

IEPT20090716, HvJEG, Infopaq v DDF

Geharmoniseerd werkbegrip: Het auteursrecht in de zin van artikel 2, sub a, van richtlijn 2001/29 kan slechts gelden met betrekking tot materiaal dat oorspronkelijk is in die zin dat het gaat om een eigen intellectuele schepping van de auteur ervan.

 

 

IEPT20220923, HR, Kwantum v Vitra

Uit Europees discriminatieverbod (artikel 18 VWEU) volgt dat de materiële-reciprociteitstoets van art. 2 lid 7 BC in een EU-lidstaat niet mag worden toegepast op een werk van toegepaste kunst dat als land van oorsprong een andere lidstaat van de EU heeft of waarvan de auteur een onderdaan is van een andere lidstaat van de EU. Art. 18 VWEU bepaalt dat binnen de werkingssfeer van het VWEU en het VEU en onverminderd bijzondere bepalingen, daarin gesteld, elke discriminatie op grond van nationaliteit verboden is. Redelijke twijfel over toepasselijkheid materiële-reciprociteitstoets van art. 2 lid 7 BC: kan een werk van toegepaste kunst door de materiële-reciprociteitstoets worden beperkt? Voorgestelde vragen van uitleg HvJEU