IEPT20080710, Hof Den Haag, KNMP v ID/Farma

10-02-2009 Print this page
IEPT20080710, Hof Den Haag, KNMP v ID/Farma

DATABANKENRECHT - AUTEURSRECHT

 

[Via: Wolter Wefers Bettink - Houthoff Buruma]

 

Geen databankbescherming
*  Substantiële investering niet voldoende onderbouwd

 

Geen misbruik machtspositie door licentieweigering
*  Het enkele feit dat KNMP de auteursrechten op de G-standaard en de WINAp-bestanden bezit, verschaft haar niet zonder meer een machtspositie.
*  Het alleenrecht van verveelvoudiging maakt deel uit van de prerogatieven van de auteursrechthebbende, zodat een weigering om een licentie te verlenen, ook al gaat zij uit van een onderneming met een machtspositie, op zichzelf geen misbruik van die machtspositie kan opleveren. Slechts in uitzonderlijke omstandigheden kan dit anders zijn.


Impliciete opzegging WINAp-licentie
*  In het licht hiervan moet worden aangenomen dat de opzegging van de KOMBI/rom-overeenkomst tevens de opzegging van de licentie om de WINAp-bestanden via de KOMBI/rom openbaar te maken en te verveelvoudigen impliceerde.
*  Voor zover ID/Farma wil betogen dat in het licht van deze correspondentie de opzegging slechts betrekking had op de aanlevering van de WiNAp-bestanden voor publicatie op de KOMBI/rom en dat de opzegging onverlet liet dat KNMP de WINAp-bestanden zou (blijven) aanleveren ter publicatie op de KOMBI/romonline, faalt dit betoog.


WINAp-licentie staat los van G-standaard licentie, zodat separate opzegging G-standaard licentie vereist
*  Naar het voorlopige oordeel van het hof is de impliciete licentie voor de WINApbestanden ook niet gelijk te stellen met de op 18 september 1998 tussen partijen gesloten licentieovereenkomst met betrekking tot de G-standaard. KNMP wijst er terecht op dat deze licentieovereenkomst een andere aard en achtergrond heeft.
*  In het licht hiervan bestaat er geen aanleiding aan te nemen dat de licentie voor de WINAp-bestanden het complement is van de schriftelijke licentieovereenkomst en dat daarvoor hetzelfde geldt als is bepaald in de schriftelijke licentieovereenkomst. Naar het voorlopige oordeel van het hof diende de schriftelijke licentieovereenkomst daarom wel afzonderlijk te worden opgezegd.


3 maanden opzegtermijn redelijk
*  Naar het voorlopige oordeel van het hof kon onder de gegeven omstandigheden van KNMP niet worden verlangd dat zij de licentieovereenkomst in stand zou houden. Nu ID/Farma niet bereid was een gebruiksvergoeding te betalen, is het hof, de wederzijdse belangen van partijen tegen elkaar afwegend, voorshands van oordeel dat een opzegtermijn van drie maanden alleszins redelijk is.

 

IEPT20080710, Hof Den Haag, KNMP v ID/Farma