IEPT20080916, Rb Den Haag, Asiangear v MM-Exclusief

16-09-2008 Print this page
IEPT20080916, Rb Den Haag, Asiangear v MM-Exclusief

MERKENRECHT - PROCESRECHT

 

Opheffing merkenrechtelijk beslag
Het Gemeenschapsmerk is nog niet ingeschreven zodat Mm-Exclusief op dit tijdstip nog geen merkrechten kan inroepen.
Naar ter zitting is gebleken is een aanvraag gedaan voor het Gemeenschapsmerk maar loopt de in artikel 42 GMVo bedoelde oppositietermijn nog. Het merk is nog niet ingeschreven zodat Mm-Exclusief op dit tijdstip nog geen merkrechten kan inroepen.
Verwezen wordt naar de artikelen artikel 6 en artikel 9 lid 3 GMVo. De in dit laatste artikel bedoelde aanspraak van de merkhouder op een redelijke vergoeding voor feiten die hebben plaatsgevonden na publicatie van de aanvraag van het merk is hier niet aan de orde. De gelegde beslagen moeten dus worden opgeheven. 

 

Voorschot schadevergoeding in kort geding
Het gevorderde voorschot op vergoeding van de opslagkosten van de containers en gemaakte buitengerechtelijke kosten, in totaal € 7.737,56, komt voor toewijzing in aanmerking.
Voor toewijzing van een voorschot op de vergoeding van deze schade in kort geding is plaats indien het bestaan van de vordering voldoende aannemelijk is en daarnaast sprake is van feiten en omstandigheden die meebrengen dat uit hoofde van onverwijlde spoed een onmiddellijke voorziening is vereist, terwijl de voorzieningenrechter in de afweging van de belangen van partijen het restitutierisico moet betrekken (vergelijk onder andere H.R. 29 maart 1985, LJN: AG4992). Asiangear heeft daarnaast gewezen op H.R. 15 juni 2007, LJN BA1522, waarin is overwogen dat, indien de hoofdvordering voldoende spoedeisend is om in kort geding te kunnen worden beoordeeld, de proceseconomie ermee is gebaat dat in hetzelfde geding ook over een daarmee nauw verwante nevenvordering als die ter zake van buitengerechtelijke kosten kan worden beslist en dat deze in kort geding kan worden toegewezen indien die vordering niet of onvoldoende wordt betwist.
4.5. Vergoeding van de verkoopwaarde van de scooters is niet aan de orde omdat de beslagen worden opgeheven zodat Asiangear de vrije beschikking over de scooters heeft. Het gevorderde bedrag wegens het missen van de orders van Parmak Import en Scheffer is voorshands eveneens niet toewijsbaar omdat niet is in te zien dat Asiangear de scooters niet opnieuw aan deze of andere afnemers zal kunnen verkopen voor een gelijk of hoger bedrag. Terzijde merkt de voorzieningenrechter op dat op deze schadepost in ieder geval de inkoopwaarde van de scooters in mindering moet worden gebracht
Het gevorderde voorschot op vergoeding van de opslagkosten van de containers en gemaakte buitengerechtelijke kosten, in totaal € 7.737,56, komt wel voor toewijzing in aanmerking omdat deze posten niet zijn bestreden en zich lenen voor toepassing van de in het door Asiangear aangehaalde arrest neergelegde rechtsregel.

 

IEPT20080916, Rb Den Haag, Asiangear v MM-Exclusief