IEPT20100324, Rb Den Haag, Vacu Products v WMF

02-04-2010 Print this page
IEPT20100324, Rb Den Haag, Vacu Products v WMF

OCTROOIRECHT – IPR

 

Nederlandse rechter bevoegd ter zake van inbreuk Nederlands octrooi
• Artikel 2 lid 1 EEX-Vo  wijst gezien de woonplaats van WMF in beginsel de Duitse rechter aan als bevoegde rechter. Voor zover de vorderingen zien op octrooiinbreuk en overige onrechtmatige handelingen van WMF in Nederland en op vergoeding van de daardoor geleden schade is, hetgeen WMF ook niet bestrijdt, de Nederlandse rechter bevoegd op grond van artikel 5 lid 3 EEX-Vo en (nu WMF de geldigheid van het ingeroepen octrooi bestrijdt) artikel 22 lid 4 EEX-Vo.

 

Nederlandse rechter niet grensoverschrijdend bevoegd ter zake van Duitse gedaagde
• Voor zover de vorderingen zien op octrooi-inbreuk en overige onrechtmatige handelingen en op vergoeding van de daardoor geleden schade buiten Nederland geldt evenwel de hoofdregel van artikel 2 lid 1 EEX-Vo omdat bevoegdheid van deze rechtbank niet op enige bepaling van de EEX-Vo kan worden gegrond en WMF de onbevoegdheid inroept. Voorzover de vorderingen van Vacu Products een grensoverschrijdend karakter hebben, zal de rechtbank zich derhalve onbevoegd verklaren.


IEPT20100324, Rb Den Haag, Vacu Products v WMF