IEPT20110525, Rb Arnhem, Boreaal v ThiemeMeulenhoff

12-06-2011 Print this page
IEPT20110525, Rb Arnhem, Boreaal v ThiemeMeulenhoff

RECLAMERECHT

 

Geen anonieme maar herleidbare reclame voor de methode Schrift
• Bij de beoordeling of er in de onderhavige publicatie sprake is van een mededeling in de zin van artikel 6:194 BW of van vergelijkende reclame in de zin van artikel 6:194a BW wordt vooropgesteld dat de methode Schrift in het artikel niet met naam genoemd wordt. De vraag die zich dan voordoet is of er ‘anoniem’ een mededeling wordt gedaan over of reclame wordt gemaakt voor een methode, die is te herleiden tot of te herkennen als de methode Schrift.
• Bij de beantwoording van die vraag, moet rekening worden gehouden met het vermoedelijke voorstellingsvermogen of de vermoedelijke verwachting van de kring van personen tot wie het artikel in JSW zich richt. • Overwogen wordt dat de aanprijzende mededelingen onder het kopje ‘Letter met ophaal’, zoals genoemd door Boreaal, moeten worden geacht primair betrekking te hebben op de genoemde werkwijze met ophaal vanaf de grondlijn. In de tekst is op geen enkele wijze een verwijzing naar de methode Schrift te vinden. ThiemeMeulenhoff c.s. hebben in dat verband ook onbetwist gesteld dat er meer schrijfmethodes zijn die gekenmerkt worden door letters met ophaal.

HANDELSPRAKTIJKEN

 

Geen verkoopbevorderende communicatie
• vereist is dat er sprake is van communicatie, een voorstelling van zaken of een uiting die rechtstreeks verband houdt met de verkoopbevordering, verkoop of levering van een product aan consumenten.
• Bij de bespreking van het beroep van Boreaal op de artikel 6:194 en 6:194a BW is al geoordeeld dat dat beroep niet slaagt omdat onvoldoende aannemelijk is dat de lezers van JSW in de publicatie een mededeling over of reclameuiting voor de methode Schrift zullen herkennen.

PUBLICATIE

 

Onjuiste, badinerende en kleinerende publicatie over methode Novoskript zonder noodzaak
• De voorgaande zinnen leiden ertoe, in onderling verband en samenhang bezien en in combinatie met het getoonde oefenblad, waarvan niet vast staat dat het representatief is, dat de methode Novoskript in het litigieuze artikel op onjuiste, badinerende en kleinerende wijze wordt neergezet terwijl hiervoor geen enkele noodzaak bestond in het kader van het artikel over de werkwijze mét en zonder ophaal vanaf de grondlijn, en de verdere ‘cues’of aanwijzingen voor een methode om letters goed aan te leren.
• De publicatie had ook zonder het noemen van Novoskript, het getoonde oefenblad en zonder de genoemde zinnen kunnen worden geplaatst, terwijl er tegelijkertijd toch recht werd gedaan aan de belangen van [gedaagde sub 4] en [gedaagde sub 4] om met hun vakkennis te publiceren over schrijfmethoden of werkwijzen bij het aanleren van letters en de voor en nadelen daarvan.

 

IEPT20110525, Rb Arnhem, Boreaal v ThiemeMeulenhoff