IEPT20110921, Rb Den Haag, Bacardi v Torijn

22-09-2011 Print this page
IEPT20110921, Rb Den Haag, Bacardi v Torijn

PROCESRECHT

 

Oproeping in  vrijwaring toeleverancier toegestaan
• Een vordering tot oproeping van een derde in vrijwaring is in beginsel toewijsbaar, indien men krachtens een rechtsverhouding met die derde recht en belang heeft om de nadelige gevolgen van een ongunstige afloop van de hoofdzaak geheel of ge-deeltelijk op deze derde te verhalen. Torijn heeft voldoende gemotiveerd en concreet gesteld dat zij, indien de beslissing in de hoofdzaak voor haar nade-lig zal uitvallen, geheel of gedeeltelijk verhaal heeft op Van Caem.

 

Zekerheidsstelling ondanks activa in Benelux en mondelinge toezegging raadsman
• Ten aanzien van de incidentele vordering tot ze-kerheidsstelling overweegt de rechtbank als volgt. Bacardi is gevestigd te Liechtenstein en heeft dus een vestigingsplaats buiten Nederland, zodat artikel 224 Rv. van toepassing is. Bacardi is verplicht ze-kerheid te stellen voor de proceskosten tenzij zich één van de uitzonderingen voordoet van artikel 224 lid 2 Rv.
• Terecht heeft Torijn echter weerlegd dat de Be-ne-luxmerkrechten van Bacardi een reële verhaals-moge-lijkheid bieden. Torijn heeft er daarbij onder meer op gewezen dat bij het executoriaal veilen van de Bene-luxmerkrechten zou kunnen blijken dat er geen koper voor de merken te vinden is. Te ver-wachten is namelijk dat de koper zal worden gecon-fronteerd met tal van conflicten tussen de Benelux-merkrechten en de door Bacardi behouden Ge-meenschaps- en internationale merkrechten.
• De mondelinge toezegging van de raadsman van Bacardi dat hij zal instaan voor de voldoening van de proceskosten is evenmin afdoende. Nog afgezien van de vraag of de raadsman voldoende verhaal zal bieden, geeft de enkele mondelinge toezegging, zoals Torijn terecht stelt, te weinig zekerheid.

 

IEPT20110921, Rb Den Haag, Bacardi v Torijn