IEPT20111004, Hof Amsterdam, Van Engelen v Ventoux

28-10-2011 Print this page
IEPT20111004, Hof Amsterdam, Van Engelen v Ventoux

VERMOGENSRECHT - PROCESRECHT

 

Onvoldoende belang proefproces: geschil dat louter academisch van aard is
• Anders dan Van Engelen betoogt, dient de rechter ambtshalve vast te stellen of sprake is van het ingevolge artikel 3:303 BW vereiste belang. Weliswaar dient de rechter volgens vaste rechtspraak terughoudend te zijn bij het afwijzen van een vordering wegens ontbreken van voldoende belang en zal hij rekening dienen te houden met het uit artikel 6 EVRM voortvloeiende recht op toegang tot de rechter en het in artikel 26 Rv vervatte verbod van rechtsweigering. In  de onderhavige zaak verlangen partijen echter een uitspraak van de burgerlijke rechter in een geschil dat louter academisch van aard is. Zij hebben immers uitdrukkelijk te kennen gegeven dat de door hen gevoerde procedure het karakter heeft van een proefproces over een onderwerp waarover in de rechtsliteratuur debat plaats vindt. Daarvoor is het geding voor de burgerlijke rechter niet bestemd.

 

Merkrecht geen registergoed
• Dat het merkrecht zou zijn aan te merken als registergoed in de zin van artikel 3:10 BW vindt immers in de wettelijke regeling geen steun, het hof verwijst in dit verband naar het bepaalde in artikel 3:16 lid 2 BW jo. artikel 8 Kadasterwet.

 

IEPT20111004, Hof Amsterdam, Van Engelen v Ventoux