IEPT20120118, Rb Amsterdam, Converse v V&D

30-01-2012 Print this page
IEPT20120118, Rb Amsterdam, Converse v V&D

MERKENRECHT

 

Reconventionele vorderingen onvoldoende onderbouwd
• V&D heeft in reconventie een aantal stellingen ingebracht waaruit zij de conclusie trekt dat Con-verse toerekenbaar tekort is geschoten in de nako-ming van haar verplichtingen jegens V&D, dan wel onrechtmatig jegens haar heeft gehandeld. V&D doet in dit verband niet meer dan stellen dat Converse voor die handelingen aansprakelijk is en V&D door die handelingen schade heeft geleden. Na de gemotiveerde betwisting van Converse van deze stel-lingen ligt op de weg van V&D om haar standpunten nader te concretiseren of substantiëren. Dit heeft V&D niet (voldoende) gedaan. De rechtbank zal de door V&D gestelde standpunten hierna punt voor punt bespreken.

 

Geen schending waarheidsplicht Converse
• dat in een omvangrijke zaak als de onderhavige het bijna onvermijdelijk is dat partijen anders tegen feiten aankijken en dat bepaalde feiten door partijen selectief naar voren worden gebracht in de pro-cesstukken. Dit is onvoldoende om aan te nemen dat daarmee artikel21 Rv is geschonden.

 

Bodemrechter niet bevoegd tot herziening of ophef-fing beschikking tot ex parte bevel
• Voorts valt nergens in de wet te lezen dat de ge-wone rechter naast de voorzieningenrechter bevoegd is om een ex parte verbod op te heffen, zoals dat bij het beslagrecht wel uitdrukkelijk is geregeld in artikel 705 lid 1 Rv. De tekst van artikel1019e Rv is op dit punt duidelijk. De vermeende inbreukmaker kan vorderen dat de voorzieningenrechter die de beschikking houdende het bevel heeft gegeven, de beschikking herziet, recht doende in kort geding. Dit betekent dat de bodemrechter niet bevoegd is om dit deel van de vordering te beoordelen

 

IEPT20120118, Rb Amsterdam, Converse v V&D