RECLAMERECHT
Gerechtvaardigdheid reclamebeperkingen kansspelen wegens dwingende redenen van algemeen belang
• Uit het antwoord van het HvJEU op de eerste door de Hoge Raad gestelde vraag volgt dat het toestaan aan vergunninghouder(s) om nieuwe kansspelen te introduceren en daarvoor reclame te maken, op zichzelf niet eraan in de weg staat dat een nationale regeling die is gericht op de beteugeling van gokverslaving en het tegengaan van fraude, geacht kan worden de activiteiten met betrekking tot weddenschappen op samenhangende en stelselmatige wijze te beperken. Gelet op het in punt 37 van het arrest van het HvJEU
overwogene, staat het aan de verwijzende rechter om na te gaan of een uitbreiding van de toegestane en gereglementeerde activiteiten werkelijk gerechtvaardigd wordt door dwingende redenen van algemeen belang en niet onverenigbaar is met de aan de nationale regeling ten grondslag liggende doelstellingen.
• Beoordeeld dient te worden of de nationale autoriteiten de expansie van kansspelen daadwerkelijk controleren, zowel wat de hoeveelheid reclame-uitingen door de houders van een exclusieve vergunning betreft als de introductie door die houders van nieuwe spelen.
Onderzoek Hof: verwevenheid met waarderingen van feitelijke aard
Geen vrij verkeer van kansspelen
IEPT20120224, HR, Ladbrokes v De Lotto