Rechtbank Amsterdam is op grond van artikel 102 Rv relatief bevoegd: sprake van een reële dreiging van een schadebrengend feit. [Eiser] heeft onvoldoende belang bij gevorderd publicatieverbod van adresgegevens: onvoldoende aannemelijk dat [gedaagde] heeft gedreigd met openbaarmaking van adresgegevens van [eiser].
In oktober 2011 IEPT20111018 is er aandacht bestaat aan spermadonoren die op internet actief zijn en aan gedaagde in het bijzonder, via een kort geding heeft de zaaddonor geprobeerd uitzending te voorkomen. En in de bodemprocedure is o.a. afgifte van de opnames gevorderd, maar afgewezen. Geëist wordt dat [gedaagde] de persoonlijke adresgegevens van [eiser] van alle websites en andere media verwijdert en verwijderd houdt.
[gedaagde] ontkent deze gegevens ooit te hebben geplaatst, en [eiser] erkent dat er geen bewijs is van dergelijke publicaties. Daarom wijst de voorzieningenrechter deze vordering af.
Daarnaast eist [eiser] dat [gedaagde] geen persoonlijke gegevens van hem publiceert, met als argument dat bekendmaking van zijn adres gevaarlijk kan zijn vanwege bedreigingen. [eiser] verwijst naar een e-mail van 23 mei 2014 waarin beweerd wordt dat [gedaagde] dreigde zijn adres te publiceren. [gedaagde] ontkent dit en stelt dat hij alleen openbare gegevens van [eiser] heeft.
De rechter oordeelt dat er onvoldoende bewijs is voor de gestelde dreiging, aangezien er geen opnames of getuigen van het telefoongesprek zijn. Hoewel [gedaagde] verklaarde dat hij geen gegevens van [eiser] zal publiceren zonder advies van zijn advocaat, vindt de rechter dat er geen spoedeisend belang is voor een publicatieverbod. Daarom worden alle vorderingen van [eiser] afgewezen.
IEPT20140602, Rb Amsterdam, zaaddonor persoonsgegevens
