Ongefundeerde potentieel schadelijke bewering over veiligheid tokkel onrechtmatig

26-03-2015 Print this page
IEPT20150320, Hof Arnhem-Leeuwarden, Buffel v Carrienta

Na beëindiging zakelijke relatie met Carriënta laten staan van afbeeldingen en teksten die verwijzen naar Carriënta niet in strijd met artikel 6:194 en 194a BW: klanten zullen niet verwachting daaraan ontlenen dat activiteiten (wederom) bij Carriënta plaatsvinden. Niet aangetoond dat Buffel na afbreken samenwerking inbreuk op handelsnaam- of  merkrechten heeft gemaakt. Bewering over veiligheid tokkel van Carriënta ongeoorloofd en onrechtmatig: ongefundeerde, potentieel schadelijke mededeling om Carriënta in kwaad daglicht te stellen

 

MISLEIDENDE RECLAME - MERKENRECHT - HANDELSNAAMRECHT

 

Hoger beroep tegen IEPT20130731 (vzgr), waarin is geoordeeld dat Buffel de misleidende indruk heeft doen ontstaan dat klanten na het beëindigen van de zakelijke relatie met Carriënta nog steeds outdooractiviteiten via Buffel konden boeken. Het vonnis wordt vernietigd.

 

Het hof oordeelt dat Het laten staan van de afbeeldingen en teksten die verwijzen naar Carriënta niet misleidend is, omdat de grenzen van artikel 6:194 en 6:194a BW niet zijn overschreden. Het is onvoldoende aannemelijk met betrekking tot de Outdoordôme, dat klanten op basis van de door Carriënta als productie 11 overgelegde foto’s aan de website, waarop deze locatie en de unieke want (in de nabije omgeving althans) alleen door Carriënta aangeboden faciliteiten als de lange tunnelentree en het helikopternet nergens met zoveel woorden worden genoemd, de verwachting zullen ontlenen dat de activiteiten (wederom) bij Carriënta zullen plaatsvinden. Daarbij is van belang dat de klanten de afbeeldingen niet steeds zullen herkennen als Carriënta locaties, waarbij opmerkelijk Carriënta dat klaarblijkelijk ook niet kan, nu vaststaat dat het merendeel van de foto’s waarop zij haar aanspraak op dwangsommen baseerde, op andere locaties is genomen. Voorts wordt overwogen dat niet is aangetoond dat Buffel na het afbreken van de samenwerking zich van handelsnamen heeft bediend of inbreuk heeft gemaakt op merkrechten van Carriënta.

 

De bewering “de tokkel na sluiting van geheel vorig naseizoen, wel vernieuwd is, maar nu een andere constructie heeft die gevaarlijker blijkt”, die in een brief die aan een aantal vaste klanten is gestuurd, is ongeoorloofd in de zin van artikel 6:194a BW en onrechtmatig. Het hof overweegt dat het om een ongefundeerde, potentieel schadelijke mededeling gaat om Carriënta in een kwaad daglicht te stellen. Klanten van Buffel, die ook tot de doelgroep van Carriënta behoren zullen de mededeling minder gemakkelijk kunnen beoordelen en op waarde schatten dan de overige onderwerpen uit de brief, zoals de wachtrij en prijzen enz. Gelet op de tijd die sinds het eenmalig versturen van de brieven, acht het hof rectificatie thans niet meer zinvol. Er wordt wel een verklaring voor recht gegeven dat de bewering in strijd is met artikel 6:194a BW en 6:162 BW en dat Buffel onrechtmatig jegens Carriënta heeft gehandeld.

 

IEPT20150320, Hof Arnhem-Leeuwarden, Buffel v Carriënta

 

(kopie origineel arrest)