Schadevergoeding van € 693,75 voor plaatsen link met foto eiser op Facebook en Twitter

Eiser auteursrechthebbende op Holleeder-foto. Myjour heeft nieuwe openbaarmaking verricht door link te delen via Twitter en Facebook met daaronder de foto van eiser: niet onderbouwd dat de foto een (inline) link betreft. Gestelde automatische plaatsing van de foto door Facebook en Twitter bij de hyperlink aan eiser toe te rekenen. Licentievergoeding aan Panorama zorgt niet voor gebruiksrecht Myjour en geen beroep op citaatrecht, door gebrek aan naamsvermelding. Schadevergoeding van € 693,75 op grond van tarievenlijst FotoAnoniem: € 555 voor auteursrechtinbreuk en verhoging van 25% voor ontbreken naamsvermelding. Proceskosten verrekend met reeds door eiser betaalde bedrag van € 750.

AUTEURSRECHT - PROCESRECHT

Eiser is fotograaf van bekende en minder bekende Nederlanders. Het online platform Myjour biedt het publiek de mogelijkheid om losse artikelen uit kranten en tijdschriften te kopen en is naar eigen zeggen als kiosk te kwalificeren. In de Panorama van 8 augustus 2014 is een artikel over Holleeder geplaatst, waarbij een aantal foto’s zijn geplaatst, waarvan eiser auteursrechthebbende is. Myjour heeft een hyperlink, waaronder een foto van Holleeder zichtbaar is, gedeeld via Twitter en op Facebook. Door te klikken op de hyperlink werd de internetgebruiker geleid naar een betaalmuur waar dit artikel kon worden gekocht. Eiser stelt dat Myjour inbreuk heeft gemaakt op zijn auteursrecht.

De kantonrechter overweegt dat niet in geschil is dat de Holleeder-foto auteursrechtelijk beschermd is en eiser rechthebbende is. De kantonrechter leidt uit het Svensson-arrest (IEPT20140213) af dat een hyperlink naar werken op vrij toegankelijke websites in beginsel geen mededeling vormt aan een nieuw publiek. Het linken vormt daarbij geen openbaarmaking en is geen auteursrechtelijk voorbehouden handeling. Verder begrijpt de kantonrechter uit het arrest dat niet relevant is of de link “slechts” een hyperlink is of dat sprake is van een zogeheten embedded of inline link, waarbij naar de Bestwater-beschikking wordt verwezen.

Myjour heeft niet onderbouwd dat de foto een (inline) link betreft, terwijl bij beschouwing van de foto geen uiterlijke kenmerken zichtbaar zijn waaruit kan worden afgeleid dat sprake is van een link. De stelling dat de foto vrij toegankelijk te vinden is op het internet, hetgeen eiser heeft bestreden, is onvoldoende. De kantonrechter concludeert dat Myjour met het stellen dat sprake is van een hyperlink naar een voor alle internetgebruikers rechtstreeks toegankelijke foto zonder daarbij aan te geven waar deze foto zich bevindt,  Myjour de stelling van eiser dat sprake is van een nieuwe openbaarmaking onvoldoende gemotiveerd heeft betwist.

Omdat Myjour heeft aangegeven op de hoogte te zijn van de door haar gestelde automatische plaatsing van de foto’s door Facebook en Twitter, is de gestelde automatische plaatsing een door Myjour bewust gebruikte dienst. De openbaarmaking van de foto kan daarom aan Myjour worden toegerekend.

Dat Panorama een licentievergoeding heeft betaald en de foto nu in dezelfde context wordt gebruikt wordt niet gevolgd door de kantonrechter. De kantonrechter overweegt dat enkel uit het feit dat toestemming is gegeven door eiser aan het plaatsen van de foto in het artikel door Panorama niet volgt dat deze foto ook door een derde mag worden gebruikt. Van een gebruiksrecht van Myjour is daarom niet gebleken. Ook het beroep op citaatrecht faalt, nu de naam van eiser niet bij de foto is vermeld.

Er is dus sprake van auteursrechtinbreuk. Eiser heeft de stelling dat zijn tarief €  1250 per foto per website bedraagt onvoldoende onderbouwd. De kantonrechter sluit aan bij de door Myjour aangedragen richtprijzen van de tarievenlijst van FotoAnoniem, op grond waarvan Myjour maximaal €  555 verschuldigd is. Anders dan Myjour heeft gesteld heeft een vergoeding voor het ontbreken van een naamsvermelding niet vanzelfsprekend het karakter van een boete, maar kan dit ook als een vorm van winstderving worden gezien. Het schadebedrag wordt daarom verhoogd met 25% naar €  693,75. Myjour heeft de geleden schade al vergoed door €  750 aan eiser te betalen. Dit bedrag wordt verrekend met de door Myjour te betalen proceskosten in de zin van artikel 1019h Rv.

Lees het vonnis hier. De full tekst doorzoekbare pdf volgt.