Inbreuk op RAW Gemeenschapsmerken bevestigd

23-03-2016 Print this page
IEPT20160322, Hof Den Haag, H&M v G-Star

Nederlandse rechter bevoegd t.a.v. vorderingen tegen H&M BV: voor inbreuk Gemeenschapsmerken op grond van artikel 96 aanhef en sub a en 97(1) GMeV en voor inbreuk Beneluxmerken op grond van artikel 2 Brussel I Vo c.q. artikel 4.6(1) BVIE als Brussel I-Vo niet prevaleert. Nederlandse rechter bevoegd t.a.v. vorderingen tegen H&M AB: voor inbreuk Gemeenschapsmerken op grond van artikel 6(1) Brussel I-Vo jo. 94 (1) GMeV door nauwe band met vorderingen tegen H&M BV, voor inbreuk Beneluxmerken op grond van artikel 6 sub 1 en 5 sub 3 Brussel I-Vo en voor vorderingen t.a.v. onrechtmatig aanhaken op grond van artikel 24 of 6 sub 1 Brussel I-Vo. Verwarringsgevaar tussen Artwork H&M en Gemeenschapsmerk RAW: visuele overeenstemming door dominante plaats RAW in artwork en auditieve overeenstemming doordat RAW het eerste element is van RAW BEAT EXPERIENCE, begripsmatige overeenstemming doordat element RAW zelfde betekenis oproept als Gemeenschapsmerk RAW, identieke waren, Gemeenschapsmerk RAW heeft inherent onderscheidend vermogen, sprake van onderscheidend vermogen door intensief gebruik door G-Star van merk RAW voor kleding dat teruggaat tot 1996, daadwerkelijk onderscheidend vermogen Gemeenschapsmerk RAW bevestigd door marktonderzoeken G-Star en overige omstandigheden nemen verwarringsgevaar niet weg. Ten overvloede:  marktonderzoeken partijen bevestigen verwarringsgevaar. Procesgedrag G-Star leidt tot  buiten beschouwing houden van aantal afbeeldingen.

 

IPR – MERKENRECHT – PROCESRECHT

 

Hoger beroep tegen de vonnissen van 11 juli 2012 (IEPT20120711), 24 oktober 2012 (20121024), 16 januari 2013 en 13 november 2013 (20131113). G-Star is houdster van een aantal Gemeenschaps/Beneluxmerken voor “RAW”  en een aantal merken met het bestanddeel “RAW”. G-Star heeft geconstateerd dat in H&M-winkels T-shirts en hoodies (vesten met capuchon) zijn verkocht en dat die ook via www.hm.com online te koop zijn aangeboden. Het op deze kledingstukken opgenomen teken RAW BEAT EXPERIENCE, inclusief de afbeelding van de ghetto blaster en de verfspatten, wordt door het hof in navolging van H&M aangeduid als ‘het artwork’. G-Star stelt dat sprake is van merkinbreuk. De bestreden vonnissen worden bekrachtigd.

 

Het hof oordeelt dat de Nederlandse rechter bevoegd is ten aanzien van de vorderingen tegen H&M BV en H&M AB. Met betrekking tot de bevoegdheid tegen H&M AB wordt een achttal omstandigheden in acht genomen waaruit blijkt dat de handel in de betreffende kleding een gezamenlijke activiteit is van H&M AB en H&M BV, zoals het feit dat H&M AB als eigenaar van de website waarop de kleding wordt aangeboden wordt gepresenteerd, dat de postcode en website van H&M AB wordt vermeld in het label van de kleding en dat H&M AB de moedervennootschap is van H&M BV en zij samen naar buiten treden als één concern.

 

Het hof is van oordeel dat sprake is van verwarringsgevaar tussen het artwork van H&M en de Gemeenschapsmerken van G-Star. Er is sprake van visuele overeenstemming door de dominante plaats van RAW in het artwork en auditieve overeenstemming doordat RAW het eerste element is van RAW BEAT EXPERIENCE. Voorts overweegt het hof dat sprake is van begripsmatige overeenstemming, omdat het element RAW dezelfde betekenis oproept als het Gemeenschapsmerk RAW. H&M heeft niet toegelicht waarom T-shirts en hoodies niet identiek zouden zijn. Voorts wordt geoordeeld dat het Gemeenschapsmerk RAW inherent onderscheidend vermogen heeft. H&M heeft niet aangetoond dat RAW beschrijvend is voor kleding. Daarnaast is sprake van inburgering door het intensief gebruik door G-Star van het merk RAW vanaf 1996. Ook wordt het daadwerkelijke onderscheidend vermogen van het Gemeenschapsmerk RAW bevestigd door marktonderzoeken van G-Star. De door H&M genoemde overige omstandigheden, zoals de verkooppresentatie van H&M nemen het verwarringsgevaar niet weg. Dit versterkt juist de toch al aanwezige dominantie van het element RAW binnen het artwork. Ten overvloede wordt overwogen dat de marktonderzoeken van partijen het verwarringsgevaar bevestigen.

 

Het hof is met H&M van oordeel dat G-Star in strijd heeft gehandeld met de op haar rustende verplichting de voor de beslissing van belang zijnde feiten volledig en naar waarheid aan te voeren. Hierdoor moeten een aantal afbeeldingen van kleding van H&M buiten beschouwing worden gelaten. Het hof heeft daarom bij de bestudering van de producties geen acht geslagen op die afbeelding(en).

 

IEPT20160322, Hof Den Haag, H&M v G-Star

 

(ECLI-versie)