Lijfsdwang vanwege ernstige, stelselmatige auteursrechtinbreuk

26-05-2016 Print this page
IEPT20160524, Rb Amsterdam, Buma & Sena v SCOEZH
(Met dank aan Paul Kreijger en Patty de Leeuwe, Visser Schaap & Kreijger)

Wijziging van eis van verbod tot muziek openbaar maken “via de ether” naar algemeen verbod toegestaan: ruimer verbod ligt geheel in lijn met inhoud dagvaarding. Niet bestreden dat Fresh FM inbreuk maakt op auteurs- en naburige rechten Buma en Sena. Onvoldoende aannemelijk dat derden aansprakelijk zijn voor de auteursrechtinbreuk. Vorderingen jegens [W] in persoon toegewezen: ernstig persoonlijk verwijt. Lijfsdwang tegen [W] toegewezen: ernst en duur van inbreuk en stelselmatig niet gehouden aan gerechtelijke bevelen.

 

PROCESRECHT – AUTEURSRECHT – NABURIGE RECHTEN

 

Kort geding. SCOEZH is in 1996 opgericht en exploiteerde vanaf die datum de radiozender Fresh FM. [W] is middellijk bestuurder van SCOEZH. SCOEZH beschikt over een vergunning voor het uitzenden van het Commissariaat voor de Media (CvdM). Op vordering van Buma is SCOEZH in de periode vanaf 2003 meerdere keren veroordeeld door de voorzieningenrechter, en door de bodemrechter tot het betalen van de licentievergoeding voor het openbaarmaken van muziekmerken en commerciële fonogrammen van de rechthebbenden die zij vertegenwoordigen. Thans vorderen Buma en Sena ook een inbreukverbod.

 

De voorzieningenrechter oordeelt dat de wijziging van eis van eisers, die erop ziet dat het gevorderde verbod tot het muziek openbaar maken “via de ether” wordt gewijzigd naar een algemeen verbod, is toegestaan. Het ruimere verbod ligt geheel in de lijn met de inhoud van de dagvaarding, namelijk dat het verboden is inbreuk te maken, ongeacht de vorm waarin dit gebeurt.

 

De auteursrechtinbreuk wordt aangenomen, nu niet is bestreden dat Fresh FM inbreuk maakt op de auteurs- en naburige rechten. [W] heeft onvoldoend aannemelijk gemaakt dat derden aansprakelijk zijn voor de inbreuk. Voorshands moet het ervoor worden gehouden dat de vergunninghouder de frequenties in gebruik neemt en houdt, effectieve controle uitoefent op de uitzendingen en daarvoor de (redactionele) verantwoordelijkheid draagt. De vergunninghouder bepaalt dus het aanbod. De vergunningen kunnen niet aan een derde worden overgedragen. De vorderingen zijn toewijsbaar jegens [W] in persoon, omdat hem een ernstig persoonlijk verwijt te maken valt. Het is aannemelijk dat [W] bekend is met het inbreukmakende karakter van de radio-uitzendingen en hij is ook bij machte om de inbreuk te staken.

 

De voorzieningenrechter wijst ook de gevorderde lijfsdwang toe, vanwege de ernst en de duur van de door [W] gepleegde inbreuk en het feit dat [W] zich stelselmatig niet aan gerechtelijke bevelen, houdt terwijl hij hiertoe redelijkerwijs wel in staat is

 

IEPT20160524, Rb Amsterdam, Buma & Sena v SCOEZH

 

(kopie origineel vonnis)