Inbreuk op Gemeenschapsmodel voor speelballetje

16-01-2017 Print this page
IEPT20170112, Rb Amsterdam, Spin Master v High5
(Met dank aan Matthijs Schonewille, DLA Piper)

Vzgr bevoegd te oordelen over inbreuk Gemeenschapsmodel op grond van artikel 90(1) GModV: zou ook bevoegd zijn kennis te nemen van vorderingen op grond van Beneluxmodel. Onderzoek naar nieuwheidsschadelijkheid Amerikaans design patent gaat reikwijdte kort geding te buiten. Model voor speelballetje niet puur ingegeven door technische verworvenheid: voldoende alternatieven mogelijk qua uiterlijk en vormgeving. Model niet definitief verwerkt in samengesteld voortbrengsel. Speelballetjes High5 inbreukmakend: overeenstemmende totaalindruk door o.a. “pluizige” indruk, “tentakeldichtheid” en wijze waarop de tentakels zijn gerangschikt. Opbergkoffertjes Spin Master auteursrechtelijk beschermd, maar geen inbreuk:  gelijkenissen zien met name op niet beschermde trekken als stijl en vormgeving, terwijl beschermde trekken afwijken. Geen slaafse nabootsing koffertjes: geen nodeloos verwarringsgevaar. Verzameling accessoires auteursrechtelijk beschermd als zelfstandig werk. Accessoires High5 maken inbreuk op de accessoires van Spin Master: één op één overgenomen.

 

PROCESRECHT - MODELRECHTAUTEURSRECHTSLAAFSE NABOOTSING

 

Kort geding. Spin Master verhandelt onder het merk “Bunchems” speelballetjes van plastic (zie afbeelding rechts). Voor haar speelballetjes heeft zij een Gemeenschapsmodel geregistreerd (afbeelding linksboven). High5 verhandelt eveneens speelballetjes, onder de naam “Linkeez” (afbeelding linksonder). Volgens Spin Master is sprake van inbreuk op onder meer haar Gemeenschapsmodellen.

 

De voorzieningenrechter acht zich bevoegd te oordelen over de vorderingen met betrekking tot het Gemeenschapsmodel. In artikel 90(1) GModV is bepaald dat nationale rechtbanken die bevoegd zijn kennis te nemen van geschillen over nationale modellen ook bevoegd zijn om  voorlopige en beschermende maatregelen te treffen op grond van een Gemeenschapsmodel. De voorzieningenrechter is daarom bevoegd, omdat zij op basis van de Nederlandse bevoegdheidsregels bevoegd zou zijn kennis te nemen van vorderingen gebaseerd op een Beneluxmodel. Dat in artikel 3 van de Uitvoeringswet betreffende Gemeenschapsmodellen is bepaald dat voor alle vorderingen uit artikel 81 van de verordening in eerste aanleg uitsluitend de rechtbank Den Haag bevoegd is en in kort geding de voorzieningenrechter van die rechtbank, maakt niet dat de voorzieningenrechter van de rechtbank Amsterdam in dit kort geding, waarin een verbodsvordering is ingesteld die beperkt is tot het Nederlandse grondgebied, niet bevoegd zou zijn. De rechtbank verwijst naar het arrest van het hof Amsterdam van 4 januari 2007 (IEPT20070104). In dit arrest is overwogen dat in het geval sprake is van strijdigheid met de Uitvoeringswet, de GModV rechtstreekse werking heeft, waardoor de daarmee strijdige nationale wetgeving buiten toepassing moet blijven.

 

High5 voert aan dat Spin Master tevergeefs prioriteit inroept van een Amerikaans design patent. De voorzieningenrechter is van oordeel dat de vraag of het design patent nieuwheidsschadelijk is nader onderzoek vergt en de reikwijdte van het kort geding te buiten gaat.

 

Het beroep op artikel 8(1) GModV door High5 (techniek-restrictie) faalt. Het modelrecht beschermt veel meer dan enkel de technische verworvenheid dat “zachte” bouwstenen aan elkaar “klitten”. Ook het pluizige uiterlijk van de speelballetjes, de keuze voor de lengte en dikte van de tentakels, de wijze waarop ze netjes zijn gerangschikt en de vorm van het speelballetje worden beschermd door het model. Een derde partij heeft meer dan voldoende alternatieve mogelijkheden om ook “zachte” bouwstenen te maken die aan elkaar “klitten” en waarvan het uiterlijk en de vormgeving toch anders zijn dan die van de speelballetjes van Spin Master.  Er zijn dus alternatieven mogelijk die het zelfde technisch effect kunnen bereiken. Het beroep op artikel 4 GMeV faalt ook, omdat het speelballetje niet definitief wordt verwerkt in een samengesteld voortbrengsel en zicht baar blijft als ermee wordt gespeeld.

 

Volgens de voorzieningenrechter is voldoende aannemelijk dat de bodemrechter tot het oordeel komt dat de speelballetjes van High5 inbreuk maken op het modelrecht van Spin Master. Er is namelijk sprake van een overeenstemmende totaalindruk door onder meer de “pluizige” indruk, de “tentakeldichtheid”, de wijze waarop de tentakels zijn gerangschikt in zes ringen rondom een cilindervormige kern en de lengte en dikte van de tentakels. De opgesomde verschillen doen hier niet aan af.

 

Er is echter geen sprake van auteursrechtinbreuk op de koffertjes waarin de speelballetjes worden bewaard. Het koffertje van Spin Master is een auteursrechtelijk beschermd werk, omdat creatieve keuzes zijn gemaakt bij het ontwerp van het koffertje. De totaalindrukken van de koffertjes van partijen zijn echter verschillend. De voorzieningenrechter overweegt dat alleen de auteursrechtelijk beschermde trekken moeten worden vergeleken en dat in dit geval de gelijkenissen met name op niet beschermde trekken als stijl en vormgeving zien, zoals de vorm van het koffertje (vierkant), het hebben van een deksel en het hebben van een handvat. De wel beschermde trekken wijken af.

 

Het beroep op slaafse nabootsing wordt eveneens afgewezen. Hoewel de koffertjes op elkaar lijken gaat dit met name om stijl en stijlkenmerken en is onvoldoende aannemelijk dat High5 met haar koffertjes nodeloos verwarringsgevaar sticht. Waar High5 kon afwijken is dat gedaan. Zo is haar koffer een stuk kleiner en heeft het deksel een andere kleur en ontwerp. Ook de wikkel bestaat uit andere (hoofd)kleuren en plaatjes. Ook bij de grote dozen is geen sprake van slaafse nabootsing, omdat de gelijkenissen zijn ingegeven door bruikbaarheid en deugdelijkheid van de doos en is afgeweken waar dat kon.

 

De verzameling accessoires van Spin Master is volgens de voorzieningenrechter een zelfstandig auteursrechtelijk werk, die getuigt van creatieve keuzes.  De verzameling is één op één gekopieerd door High5 en daarom is sprake van auteursrechtinbreuk. High5 moet een recall-brief sturen aan haar afnemers van de speelballetjes en accessoires. Spin Master wordt gemachtigd om vanaf tien dagen na de verzending van de recall-brieven  de in de markt aangetroffen inbreukmakende speelballetjes en accessoires aan te kopen met het bevel aan Gigh5 om het aankoopbedrag aan Spin Master te retourneren.


IEPT20170112, Rb Amsterdam, Spin Master v High5
 

ECLI:NL:RBAMS:2017:298