Beschikbaarstelling en beheer van platform als “The Pirate Bay” is mededeling aan publiek
14-06-2017 Print this page
Beschikbaar stellen en beheer, op internet, van een platform als The Pirate Bay voor de uitwisseling van bestanden dat, door indexering van beschermde werken en verstrekking van een zoekmotor, gebruikers in staat stelt deze werken te vinden en deze in het kader van een P2P-netwerk te delen is een “mededeling aan het publiek”. Nieuw publiek: beheerders The Pirate Bay weten dat platform toegang geeft tot werken die zonder toestemming van de rechthebbenden zijn gepubliceerd. Platform als The Pirate Bay heeft winstoogmerk.
AUTEURSRECHT
Auteursrecht. In het arrest van 13 november 2015 (IEPT20151113) stelde de Hoge Raad prejudiciële vragen met betrekking tot de blokkering van The Pirate Bay. Zie ook het arrest van het hof Den Haag (IEPT20140128), het eindvonnis (IEPT20120111) en het tussenvonnis (IEPT20101208).
Uit het perscommuniqué: “[…] In zijn arrest van heden oordeelt het Hof dat de beschikbaarstelling en het beheer van een online filesharing platform inderdaad moeten worden beschouwd als een handeling bestaande in een mededeling in de zin van de richtlijn.
Het Hof herinnert allereerst aan zijn eerdere rechtspraak op dit gebied waaruit blijkt dat, in beginsel, iedere handeling waarbij een gebruiker zijn klanten weloverwogen toegang biedt tot beschermde werken, een „handeling bestaande in een mededeling” in de zin van de richtlijn kan vormen.
In het onderhavige geval staat vast dat de auteursrechtelijk beschermde werken via „The Pirate Bay” voor de gebruikers van dat platform beschikbaar worden gesteld, zodat deze werken voor hen op de door hen individueel gekozen plaats en tijd toegankelijk zijn.
Het Hof erkent dat de betrokken werken inderdaad door de gebruikers online zijn gezet, maar benadrukt dat de beheerders van het platform onontkoombare actoren zijn bij het beschikbaar stellen van de betrokken werken. In dat verband vermeldt het Hof dat de beheerders van het platform de torrent-bestanden indexeren, opdat de gebruikers van het platform deze werken eenvoudig kunnen lokaliseren en delen. Bovendien biedt „The Pirate Bay”, naast een zoekmotor, ook categorieën op basis van de aard, het genre of de populariteit van de werken. Voorts verwijderen deze beheerders achterhaalde of onjuiste torrent-bestanden en filteren zij actief bepaalde content.
Het Hof benadrukt tevens dat de betrokken beschermde werken daadwerkelijk aan een publiek worden meegedeeld.
Een groot deel van de abonnees van Ziggo en XS4ALL heeft namelijk mediabestanden gedownload via „The Pirate Bay”. Uit de opmerkingen die bij het Hof zijn ingediend, komt tevens naar voren dat dit platform door een aanzienlijk aantal personen wordt gebruikt (op het online platform voor het delen van bestanden wordt in dat verband gesproken van enkele tientallen miljoenen gebruikers).
Overigens zijn de beheerders van „The Pirate Bay” ervan in kennis gesteld dat hun platform toegang biedt tot werken die zonder toestemming van de rechthebbenden zijn gepubliceerd. Bovendien maken deze beheerders uitdrukkelijk, op de blogs en fora die op dat platform beschikbaar zijn, hun doelstelling kenbaar om beschermde werken ter beschikking te stellen van gebruikers en sporen zij de gebruikers aan om kopieën van deze werken te maken. In ieder geval komt uit het arrest van de Hoge Raad naar voren dat de beheerders van „The Pirate Bay” wel moesten weten dat het platform toegang biedt tot werken die zonder toestemming van de rechthebbenden zijn gepubliceerd.
Tot slot vinden het beschikbaar stellen en het beheer van een platform als „The Pirate Bay” plaats met het doel hieruit winst te behalen, daar dit platform, zoals naar voren komt uit de bij het Hof ingediende opmerkingen, aanzienlijke reclameopbrengsten genereert."
Het antwoord van het Hof van Justitie EU is als volgt:
"Het begrip „mededeling aan het publiek”, in de zin van artikel 3, lid 1, van richtlijn 2001/29/EG van het Europees Parlement en de Raad van 22 mei 2001 betreffende de harmonisatie van bepaalde aspecten van het auteursrecht en de naburige rechten in de informatiemaatschappij, moet aldus worden uitgelegd dat, in omstandigheden als die van het hoofdgeding, het beschikbaar stellen en het beheer, op internet, van een platform voor de uitwisseling van bestanden dat, door de indexering van meta-informatie inzake beschermde werken en de verstrekking van een zoekmotor, de gebruikers van dit platform in staat stelt deze werken te vinden en deze in het kader van een peer-to-peernetwerk te delen, hieronder valt."
IEPT20170614, HvJEU, Brein v Ziggo-XS4ALL
