Zuiver plantaardige producten mogen in beginsel niet worden afgezet onder benamingen voor zuivelproducten

Zuiver plantaardige producten mogen niet worden afgezet onder benamingen zoals “melk” en andere door Vo 1308/2013 uitsluitend aan zuivelproducten voorbehouden benamingen, zelfs wanneer deze benamingen worden vervolledigd door verduidelijkende of beschrijvende aanvullingen die wijzen op de plantaardige oorsprong van het betrokken product, tenzij het product op een lijst met uitzonderingen bij besluit 2010/791/EU is vermeld.

VERKOOPBENAMINGEN

Uit het perscommuniqué: “De Duitse vennootschap TofuTown vervaardigt en distribueert vegetarische en veganistische levensmiddelen. Zij promoot en distribueert met name zuiver plantaardige producten onder de benamingen „Soyatoo Tofubutter”, „Pflanzenkäse”, „Veggie-Cheese”, „cream” en andere soortgelijke benamingen. Verband Sozialer Wettbewerb, een Duitse vereniging die als taak onder meer de bestrijding van oneerlijke mededinging heeft, is van mening dat deze afzetbevordering in strijd is met de Unieregeling betreffende de benamingen van melk en zuivelproducten. Daarom heeft zij voor het Landgericht Trier (rechter in eerste aanleg Trier, Duitsland) tegen TofuTown een vordering tot staking ingesteld.

TofuTown is daarentegen van mening dat haar reclame geen inbreuk maakt op de betrokken regeling. Volgens haar is de wijze waarop de consument deze benamingen begrijpt de laatste jaren immers aanzienlijk gewijzigd. Bovendien gebruikt zij de benamingen zoals „boter” of „cream” niet afzonderlijk, maar steeds in verbinding met termen die verwijzen naar de plantaardige oorsprong van de betrokken producten, bijvoorbeeld „tofuboter” of „rice spray cream”.

In die context heeft het Landgericht het Hof van Justitie verzocht om uitlegging van de betrokken Unieregeling.

In zijn arrest van vandaag oordeelt het Hof dat, ten behoeve van de afzet en reclame, de betrokken regeling in beginsel de benaming „melk” uitsluitend voorbehoudt aan melk van dierlijke oorsprong. Behoudens uitdrukkelijk bepaalde uitzonderingen worden benamingen als „room”, „slagroom”3, „boter”, „kaas” en „yoghurt” door deze regeling bovendien uitsluitend voorbehouden aan zuivelproducten, dat wil zegen producten die uit melk worden verkregen.

Het Hof leidt hieruit af dat de hierboven opgesomde benamingen niet wettelijk kunnen worden gebruikt om een zuiver plantaardig product aan te duiden, tenzij dit product is opgenomen op de lijst van uitzonderingen, wat niet het geval is voor soja of tofu. Het Hof preciseert dat de vermelding van verduidelijkende of beschrijvende aanvullingen die wijzen op de plantaardige oorsprong van het betrokken product, zoals die welke door Tofutown worden gebruikt, geen invloed heeft op dat verbod. […]”

Het Hof van Justitie EU beantwoordt de gestelde vragen als volgt:

“Artikel 78, lid 2, van en bijlage VII, deel III, bij verordening (EU) nr. 1308/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 17 december 2013 tot vaststelling van een gemeenschappelijke ordening van de markten voor landbouwproducten en tot intrekking van de verordeningen (EEG) nr. 922/72, (EEG) nr. 234/79, (EG) nr. 1037/2001 en (EG) nr. 1234/2007 van de Raad, dienen aldus te worden uitgelegd dat zij zich ertegen verzetten dat de benaming „melk” en de door deze verordening uitsluitend aan zuivelproducten voorbehouden benamingen, worden gebruikt om bij de afzet of in reclame een zuiver plantaardig product aan te duiden, zelfs wanneer deze benamingen worden vervolledigd door verduidelijkende of beschrijvende aanvullingen die wijzen op de plantaardige oorsprong van het betrokken product, tenzij dit product is vermeld in bijlage I bij besluit 2010/791/EU van de Commissie van 20 december 2010 tot vaststelling van de lijst van producten bedoeld in punt III.1, tweede alinea, van bijlage XII bij verordening nr. 1234/2007 van de Raad.”

IEPT20170614, HvJEU, VSW v TofuTown

C-422/16 - ECLI:EU:C:2017:458