Eiswijziging met betrekking tot merk- en modelrecht ‘Rainwinner’ toegestaan

13-10-2017 Print this page
IEPT20170815, Hof Arnhem-Leeuwarden, Broos Water

Eiswijziging in hoger beroep toegestaan: niet in strijd met de goede procesorde om in hoger beroep vordering in te stellen die in eerste aanleg is ingetrokken, samenloop met schadestaatprocedure staat niet aan eisen schadevergoeding in de weg.

 

PROCESRECHT

 

Rolbeschikking. Broos Water is een kennis- en adviesbureau op het terrein van waterkwaliteit. Broos Water en geïntimeerde hebben samengewerkt betrekking tot de ‘Rainwinner’, een modulair hol bouwelement bedoeld voor het ter plekke opvangen en hergebruiken van regenwater. De samenwerking tussen partijen is medio 2014 beëindigd middels een beëindigingsovereenkomst. Nadat tussen partijen geschillen zijn ontstaan blijkt uit het vonnis in eerste aanleg (niet gepubliceerd) “gebleken dat de bij de Rainwinner behorende rechten van intellectuele eigendom geen onderdeel vormen van de conventionele vorderingen”. Broos Water verzet zich in de onderhavige uitspraak tegen de eiswijziging van geïntimeerde, stellende dat geïntimeerde een vordering instelt ten aanzien van het merk- en modelrecht van de Rainwinner, terwijl hij dat deel van de vordering in eerste aanleg heeft laten vallen. Verder verzet Broos Water zich tegen de door geïntimeerde gevorderde schadevergoeding nu reeds een schadestaatprocedure aanhangig is.

 

De rolraadsheer oordeelt dat in het midden kan blijven of geïntimeerde in hoger beroep een vordering instelt die hij in eerste aanleg heeft laten vallen omdat het - anders dan Broos Water kennelijk meent - niet in strijd met de goede procesorde is indien geïntimeerde in hoger beroep een vordering instelt die in eerste aanleg is ingetrokken.

 

De omstandigheid dat thans een schadestaatprocedure (in eerste aanleg) aanhangig is, tegelijk met het onderhavige hoger beroep, is volgens de rolraadsheer op zijn minst ongelukkig te noemen nu geïntimeerde met zijn vordering in incidenteel appel een concreet schadebedrag vordert, in essentie de verwijzing naar de schadestaatprocedure door de rechter in eerste aanleg bestrijdt. De eventuele toewijzing van zijn vordering in incidenteel appel, zal er dan ook toe leiden dat de grondslag aan de schadestaatprocedure in eerste aanleg komt te ontvallen, met alle kosten voor geïntimeerde van dien. Dit is volgens de rolraadsheer echter geen argument om hem het recht te ontzeggen in incidenteel appel vast te houden aan zijn reeds in eerste aanleg ingestelde vordering. Van een eiswijziging is volgens de rolraadsheer in zoverre dan ook geen sprake, laat staan van strijd met de goede procesorde.

 

De bezwaren van Broos Water tegen de eiswijziging van geïntimeerde worden op grond van het bovenstaande verworpen.

 

IEPT20170815, Hof Arnhem-Leeuwarden, Broos Water

 

ECLI:NL:GHARL:2017:7013