Verwijdering gehele webboek “Dossier Pretium” vormt een te vergaande inbreuk op het recht van vrije meningsuiting van de journalist

02-02-2018 Print this page
IEPT20180123, Hof Den Haag, Pretium

Vrije meningsuiting journalist prevaleert boven eerbiediging eer en goede naam Pretium. Geïntimeerde moet ook in deze kort geding procedure aangemerkt worden als journalist:  onderzoek door journalist naar Pretium gedaan met het oog op publicatie. Vordering tot verwijdering gehele webboek afgewezen: de overgelegde passages vormen in vergelijking met het gehele dossier een te klein onderdeel om op één gesteld te worden. Directeur Pretium heeft wel degelijk belang bij het niet openbaar maken van persoonlijke informatie familie: onder de bescherming van zijn privacy kan ook aan hem gerelateerde informatie over zijn familie worden begrepen. Directeur Pretium geen ‘publiek figuur’: directeur Pretium treedt niet regelmatig op in media.

 

PUBLICATIE

 

Hoger beroep in kort geding. Zie voor het vonnis in kort geding waarin werd overwogen dat de artikelen over de gang van zaken bij Pretium, Delphi en de directeur van Pretium en Delphi niet onrechtmatig waren omdat gedaagde optreedt in de hoedanigheid als journalist, wederhoor niet verplicht is. Verder had Pretium niet duidelijk gespecificeerd op welke punten de publicaties onrechtmatig waren en publicaties waren daarbij niet onnodig grievend, enkel kritisch. Zie: IEPT20161129, Rb Den Haag, Pretium v Olsthoorn.

 
Hiertegen komt Pretium in beroep en vordert - kort gezegd - de verwijdering van het geheel aan publicaties van de journalist op het internet over Pretium c.s. (waaronder het integrale “Dossier Pretium”). Pretium c.s. leggen hieraan ten grondslag dat de publicaties van journalist in zijn geheel schadelijk zijn voor de bedrijfsvoering van Pretium, en een onrechtmatige inbreuk vormen op de persoonlijke levenssfeer van de directeur van Pretium. In het boek is op een zeer kwetsende wijze geschreven over de directeur en zijn naasten.

 

Het hof is met de voorzieningenrechter van oordeel dat het belang van de vrijheid van meningsuiting van de journalist prevaleert boven het belang van de directeur en van Pretium bij bescherming van hun persoonlijke levenssfeer en eer en goede naam en dat de vorderingen van Pretium moeten worden afgewezen. Het hof overweegt dat als de door Pretium overgelegde passages inderdaad als onrechtmatig aangemerkt zouden worden, dan nog die onrechtmatigheid op één lijn gesteld kan worden met de resterende delen van het omvangrijke “Dossier Pretium”. Daarvoor vormen de passages een te klein deel van het dossier. Het door Pretium gevorderde verwijdering van het gehele “Dossier Pretium” vormt een te vergaande inbreuk op het recht op vrije meningsuiting van de journalist. Het hof merkt op dat anders dan bij een ‘gewoon’ boek, bij een webboek de inhoud gemakkelijk gewijzigd kan worden, zonder dat de gehele verwijdering van het werk nodig is. Pretium vordert expliciet niet het schrappen van een passage, maar de verwijdering van het gehele werk en deze vordering is niet toewijsbaar. Het principale appel wordt verworpen.

De incidentele grief A richt zich tegen het oordeel van de voorzieningenrechter dat de directeur van Pretium en eigen belang heeft bij de bescherming van de privacy van de mensen die zich in zijn privéleven bevinden nu persoonlijke informatie over deze personen in het webboek worden gepubliceerd en dat niet valt in te zien dat deze gegevens relevant zijn voor het publieke debat. Het hof verwerpt de grief. Het belang van de directeur bij het niet openbaar worden van deze informatie in het kader van de bescherming van zijn eigen privacy, is een ander belang dan de familie en kennissen zelf hebben bij de bescherming van hun privacy, maar dit neem niet weg dat onder de bescherming van de privacy van de directeur ook eventuele aan hem gerelateerde informatie over zijn familie- en kennissenkring kan worden begrepen, maar gelet op het oordeel van het hof in principaal appel kan in het midden blijven of de door de journalist gepubliceerde gegevens over de familie van de directeur relevant zijn voor de privacy van de directeur van Pretium.

 

IEPT20180123, Hof Den Haag, Pretium

 

ECLI:NL:GHDHA:2018:30