Verwijdering cartoons van website Doorbraak afgewezen: Doorbraak mocht ervanuit gaan dat met de toestemming van 3 december 2012 geplaatste cartoons geplaatst mochten blijven: zij hoefde er niet op bedacht te zijn dat de aan eiser zijn toestemming verbonden voorwaarde "tot wederbericht” niet alleen inhield dat er vanaf dat moment geen nieuwe cartoons meer mochten worden overgenomen, maar ook dat eerder overgenomen cartoons dienden te worden verwijderd
Doorbraak is een activistische vereniging die strijdt tegen maatschappelijke misstanden. Dit doet zij via de website www.doorbraak.eu, die fungeert als nieuwsbron, weblog en forum. In 2012 is onder het pseudoniem “Arvy” op de Doorbraak-website een reactie over het thema “dwangarbeid” geplaatst, waarbij werd verwezen naar de website www.arvy.org, waarop onder meer enkele cartoons over het onderwerp dwangarbeid zichtbaar waren. Naar aanleiding van deze reactie heeft Doorbraak zich op 3 december 2012 per e-mail tot Arvy gewend. Arvy antwoordde dat de cartoons met bronvermelding kosteloos gebruikt mochten worden “tot wederbericht”. Tussen december 2012 en eind 2014 zijn 18 cartoons van Arvy op de Doorbraak-website gepubliceerd en 6 opgenomen in de Doorbraakkrant. Arvy heeft op 1 maart 2017 aan Doorbraak geschreven dat hij de toestemming intrekt en de cartoons verwijderd wil zien van de Doorbraak-website. In dit geschil stelt eiser Arvy te zijn en vordert hij op grond van zijn auteursrecht verwijdering van de cartoons. De vorderingen worden afgewezen.
Het verweer ter zitting dat Doorbraak er niet vanuit wil gaan dat eiser de persoon achter Arvy is wordt gepasseerd, aangezien zowel in de CvA als in de pleitnota consequent is erkend dat dit wel het geval is. Er zijn geen concrete feiten en omstandigheden aangevoerd waardoor sterk kan worden betwijfeld dat eiser de persoon achter Arvy is.
De rechtbank dient te onderzoeken hoe de op 3 december 2012 verleende toestemming dient te worden uitgelegd. Hierbij gaat de rechtbank Haviltexen. Ten eerste acht de rechtbank van belang dat partijen uitsluitend per e-mail hebben gecommuniceerd, welk e-mailcontact uit enkele korte e-mails bestaat. De e-mails vangen aan met twee verzoeken om de cartoons met bronvermelding in de krant “te plaatsen” en op de website “te zetten”. Het had hieruit voor eiser duidelijk moeten zijn dat Doorbraak er onmiskenbaar vanuit gingen dat met de gegeven toestemming de overgenomen en geplaatste cartoons ook geplaatst konden blijven. Doorbraak hoefde er niet op bedacht te zijn dat de aan eiser zijn toestemming verbonden voorwaarde ‘tot wederbericht” niet alleen inhield dat er vanaf dat moment geen nieuwe cartoons meer mochten worden overgenomen, maar ook dat reeds eerder overgenomen cartoons dienden te worden verwijderd. Hierbij wordt meegewogen dat een dergelijke verwijderingsplicht van cartoons in nieuwsmedia hoogst ongebruikelijk is. Doorbraak mocht dan ook redelijkerwijs uitgaan van de door haar verdedigde uitleg van de afspraak van 3 december 2012.
IEPT20180131, Rb Den Haag, Doorbraak
