Geen inbreuk op handelsnaamrecht door verschillen in clientèle en aard ondernemingen

21-01-2019 Print this page
IEPT20180306, Rb Rotterdam, Conflicterende handelsnaam

Geen verwarringsgevaar tussen handelsnamen [naam eiseres] en [naam gedaagde]: niet aannemelijk dat partijen dezelfde klanten bedienen, gelet op activiteitenomschrijving KvK en betwisting door gedaagde. Ook als klanten en relaties wel overlappen geen verwarringsgevaar: niet weersproken dat partijen niet dezelfde diensten aanbieden. Gestelde onrechtmatige daad gedaagde in licht van betwisting door gedaagde onvoldoende onderbouwd: Nu [naam eiseres] haar stellingen niet nader heeft onderbouwd, gaat de voorzieningenrechter ook hieraan voorbij.

 

HANDELSNAAMRECHTONRECHTMATIGE DAAD

 

Eiseres is een vennootschap die zich bezighoudt met handelsbemiddeling in brandstoffen, ertsen, metalen (staal) en chemische producten. De vennootschap is opgericht op 2 februari 2012. Gedaagde is een vennootschap die zich bezig houdt met metaalbewerking welke is opgericht op 7 november 2017.  Eiseres stelt dat haar handelsnaam beschermd wordt door artikel 5 van de Handelsnaamwet en dat gedaagde in strijd handelt met dat artikel door het voeren van een identieke of sterk met haar handelsnaam overeenstemmende handelsnaam.

 

Gelet op de activiteitenomschrijving van beide ondernemingen in het handelsregister van de Kamer van Koophandel en omdat eiseres haar – door gedaagde gemotiveerd betwiste  –  stelling dat sprake is van een overlap van klanten en relaties niet heeft onderbouwd, acht de voorzieningenrechter niet aannemelijk dat eiseres en gedaagde dezelfde klanten bedienen. Zelfs als wel sprake zou zijn van een overlap van klanten en relaties hoeft dit nog niet te betekenen dat verwarring tussen beide ondernemingen te duchten is. De aard van de ondernemingen dient immers ook in ogenschouw te worden genomen. Dat gedaagde niet dezelfde diensten aanbiedt als eiseres, is niet door eiseres weersproken waardoor het niet aannemelijk is dat er sprake is van verwarringsgevaar.

 

Gedaagde heeft gemotiveerd betwist dat zij onrechtmatig handelt jegens eiseres. Nu eiseres haar stellingen daaromtrent niet nader heeft onderbouwd, gaat de voorzieningenrechter ook hieraan voorbij.

 

IEPT20180306, Rb Rotterdam, Conflicterende handelsnaam

 

ECLI:NL:RBROT:2018:4282