Voorlopig inbreukverbod ex artikel 233 Rv afgewezen nu geen sprake is van een misslag in vonnis waarvan beroep

20-06-2018 Print this page
IEPT20180529, Hof Den Haag, Astrazeneca v Sandoz
(Met dank aan Otto Swens, Vondst Advocaten)

Afstemmingsregel geldt ook bij voorlopige voorziening in hoger beroep ex artikel 223 Rv. Voorlopig inbreukverbod afgewezen: geen misslag in vonnis waarvan beroep van 11 april 2018 (IEPT20180411).

 

OCTROOIRECHTHANDHAVING

 

Incident. Astrazeneca is in hoger beroep gekomen van het vonnis van de rechtbank Den Haag van 11 april 2018 (IEPT20180411), waarin werd geoordeeld dat octrooi EP 138 nietig is vanwege gebrek aan inventiviteit. In de onderhavige zaak wordt een voorlopig inbreukverbod gevorderd ex artikel 223 Rv. De gevorderde voorlopige voorziening wordt afgewezen.

 

Het hof overweegt dat net zoals bij een voorlopige voorziening in kort geding ook bij een voorlopige voorziening op de voet van artikel 223 Rv de rechter zijn oordeel moet afstemmen op het oordeel van de bodemrechter. In casu betreft dit het vonnis waarvan beroep, het vonnis van 11 april 2018 (IEPT20180411). Astrazeneca heeft niet aangevoerd dat sprake is van gewijzigde omstandigheden, maar wel dat op een viertal punten sprake is van een kennelijke misslag. Het hof gaat hier echter niet in mee en wijst de voorlopige voorziening af. Zo is de regel van stap 3 van de problem-solution-approach (dat de geclaimde uitvinding ‘would have been obvious’)  bijvoorbeeld niet miskend. Ook is de juiste maatstaf – die voor plausibiliteit – aangelegd bij de vraag of de vakman met een redelijke verwachting van succces zou onderzoeken of de McLeskey formulering geschikt is.

 

IEPT20180529, Hof Den Haag, Astrazeneca v Sandoz

 

(kopie origineel arrest)